Voeding en gezondheid
Tips om je paard gezond te laten afvallen
Van de 350.000 recreatiepaarden in Nederland is 55% te dik. Aan overgewicht kleven verschillende gezondheidsproblemen zoals insulinedysregulatie, hoefbevangenheid, equine metabool syndroom (EMS), verminderde vruchtbaarheid, PPID (ziekte van Cushing), goedaardige vettumoren, en gewrichtsproblemen, zoals artrose. In dit artikel geven we je een paar praktische tips en do’s en dont’s die je zullen helpen om je paard op een gezonde manier te laten afvallen.
Wanneer moet een paard afvallen?
De eerste stap om te bepalen of je paard overgewicht heeft, is het uitvoeren van een Body Condition Score. De meest betrouwbare methode is de 9-punts Body Condition Score (BCS). Dit systeem geeft een indicatie over het totale lichaamsvet: je gaat voelen naar de onderhuidse vetophopingen op zes verschillende lichaamsgebieden: de nek, schoft, rug, staartbasis, ribben en het gebied achter de schouders. Een paard dat wordt beoordeeld met een score van 1 is extreem mager, een score van 9 staat voor een extreem vet paard. Een BCS van 5 is optimaal. Er zijn ook speciale gewichtsmeetlinten voor paarden verkrijgbaar, waarmee je het gewicht kunt meten. Lees hier meer over hoe je een Body Condition Score kunt uitvoeren bij je paard.
Hoeveel mag mijn paard afvallen?
Om paarden af te laten vallen is het belangrijk om een zogenaamde ‘negatieve energiebalans’ te creëren. Simpel gezegd: je paard moet meer energie verbruiken dan hij binnenkrijgt, zónder dat dit ten koste gaat van de spiermassa. Om ervoor te zorgen dat de vetverbranding goed op gang komt, is beweging belangrijk. Hierdoor spreekt een paard zijn reserves aan en verliest het gewicht. Bij te snel afvallen kan het lichaam niet snel genoeg schakelen tussen de processen, waardoor schadelijke stoffen blijven circuleren in plaats van dat deze stoffen worden benut.
Het is daarom van groot belang dat paarden geleidelijk afvallen, dus niet te snel! Een paard haalt zijn energie uit vetten, koolhydraten en eiwitten. Te snel gewicht verliezen, of een verkeerde balans in het rantsoen, kan resulteren in allerlei gezondheidsproblemen, zoals spierafbraak, leververvetting, blinde en dikke darm verzuring, koliek, maagzweren en insulineresistentie. Om je paard verantwoord te laten afvallen is een gewichtsverlies van 0,5 tot 1% per week ideaal.
Tip: download het gratis Pavo InShape Program!
Dit is een compleet programma die paardeneigenaren vanuit drie pijlers (management, beweging én voeding) helpt om hun paard op een gezonde en verantwoorde manier gewicht te laten verliezen. Het is ook aan te raden om voordat je aan het afvaltraject begint, je dierenarts een algehele gezondheidscheck te laten doen om medische redenen van overgewicht uit te sluiten.
Ruwvoermanagement bij dikke paarden
Een paard eet in de natuur de hele dag door kleine beetjes ruwvoer met een lage voedingswaarde (in vergelijking met krachtvoer). Paarden zijn grazers waarbij door fermentatie in de blinde en de dikke darm energie uit vezelachtig ruwvoer wordt gehaald. Paarden kunnen niet zonder structuur in een rantsoen en hebben vezelrijk materiaal nodig voor een goede werking van de darmen.
Weidegang: Paarden komen het meeste aan van gras. Beperk de weidegang dus als er sprake is van overgewicht. Een alternatief is een zandpaddock met toegang tot ruwvoer. Vanaf een BCS van 7/9 en hoger is het advies om je paard (tijdelijk) helemaal niet op de wei te zetten.
Ruwvoer: Een paard moet dagelijks ongeveer 1,5 – 2% van zijn lichaamsgewicht aan drogestof uit ruwvoer binnenkrijgen. Paarden die te dik zijn, en dus gewicht moeten verliezen, mogen beperkt worden tot een drogestof-percentage van 1,3% van het lichaamsgewicht. Let op: geef nooit te weinig ruwvoer! Dit kan ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid van je paard.
Krachtvoer: Beperk/ beëindig het geven van krachtvoer. Gebruik liever een balancer, zoals Pavo Vital, om ondanks de krachtvoereliminatie er toch voor te zorgen dat je paard alle benodigde vitaminen, mineralen en sporenelementen binnenkrijgt.
Let op: te weinig ruwvoer kan ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid van je paard. Dit kan o.a. leiden tot:
Verzuring van blinde en dikke darm
Koliek
Maagzweren
Verhoogd risico op stalondeugden
Test de voedingswaarden in je ruwvoer
Het is dus heel belangrijk dat een paard dat moet afvallen toch voldoende ruwvoer krijgt. Omdat het paard absoluut niet dikker mag worden, is het van belang dat dit ruwvoer een lage energiewaarde heeft. Ben je niet bekend met de gehaltes uit jouw ruwvoer? Doe dan de Pavo Ruwvoer Quickscan en bekijk of jouw ruwvoer geschikt is voor een paard dat moet afvallen.
Meer bewegen: voorbeeldschema voor afvallen
Om ervoor te zorgen dat de vetverbranding goed op gang komt, is beweging cruciaal. Hierdoor spreekt een paard zijn energiereserves aan en verliest het gewicht. Het is wel belangrijk dat je je paard met stapjes meer en intensiever laat bewegen en niet van de éne op de andere dag van nul naar honderd gaat. Zo voorkom je blessures en overbelasting. Een mooi uitgangspunt is om iedere maand 20% meer te bewegen: 20% meer stappen, draven en galopperen. In het Pavo InShape Program vind je voorbeeld trainingsschema’s die je kunt gebruiken als je je paard wilt laten afvallen. Deze zijn opgesteld door sportfysioloog Dr. Carolien Munsters. Het Pavo InShape Program is een compleet afvalprogramma voor paarden en helpt je vanuit drie pijlers (beweging, management en voeding) naar een gezonder en fitter paard. Gebruik dit programma als handvat om ook met je eigen paard aan de slag te gaan.
Klik hier om het Pavo InShape Program gratis te downloaden.
Je paard laten afvallen: do’s en dont’s
Do’s
Download het Pavo InShape Program: dit is een compleet afvalprogramma voor paarden dat je vanuit drie pijlers (management, beweging en voeding) verder helpt naar een fitter en gezonder paard.
Bepaal de huidige conditie van je paard met behulp van een Body Condition Score.
Gewichtsopvolging is zeer belangrijk! Weeg/ meet of scoor je paard iedere maand en hou dit voor jezelf bij in een schema. Noteer hier ook de beweging (in minuten) en het rantsoen, zodat je tijdig kunt bijsturen. Handige invulschema’s vind je in het Pavo Inshape Program.
Controleer of jouw ruwvoer geschikt is voor paarden die moeten afvallen. Je kunt de energie-, eiwit- en suikerwaardes in je ruwvoer eenvoudig laten onderzoeken met een Pavo Ruwvoer Quickscan.
Blijf voldoende ruwvoer geven! Geef nooit minder dan 1% drogestofpercentage van het lichaamsgewicht aan ruwvoer.
Geef meerdere ruwvoermaaltijden per dag, het liefst in een slowfeeder.
Twee hooinetten over elkaar geeft kleinere gaten en verlengt de eettijd nog eens extra.
Beperk de weidegang als er sprake is van overgewicht. Een alternatief is een zandpaddock met toegang tot ruwvoer. Vanaf een BCS van 7-9 is het advies om je paard (tijdelijk) helemaal niet op de wei te zetten.
Laat je paard met stapjes meer en intensiever bewegen. In het Pavo InShape Program vind je een voorbeeld trainingsplan opgesteld door sportfysioloog Dr. Carolien Munsters.
Zorg voor voldoende eiwit in het rantsoen: een paard dat meer en intensiever beweegt heeft een hogere behoefte aan eiwit dat enerzijds helpt om de vetverbranding te ondersteunen en anderzijds de spieren goed verzorgt en spierafbraak helpt te voorkomen. Pavo InShape is een structuurrijke muesli en speciaal ontwikkeld om paarden optimaal te ondersteunen tijdens het afvallen.
Beperk/ beëindig het verstrekken van krachtvoer met een hoog suiker-, zetmeel- en energiegehalte.
Gebruik een balancer zoals, Pavo Vital, om ondanks de (kracht)voerbeperkingen er toch voor te zorgen dat je paard alle benodigde vitaminen, mineralen en sporenelementen binnenkrijgt.
Overweeg of het beter is je paard op graanvrije voeding te zetten. Hierdoor verminder je de aanvoer van suiker en zetmeel aanzienlijk.
Maak een stappenplan voor een langere periode en zoek op het web contact met andere mensen die ook aan het trainen zijn. Word bijvoorbeeld lid van de Facebookgroep van het Pavo InShape Program en doe je voordeel met de tips en ervaringen van mensen die ook bezig zijn om hun paard te laten afvallen.
Dont’s
Stop nooit met ruwvoer geven. IEDER paard heeft ruwvoer nodig.
Laat je paard niet te snel afvallen, dit brengt gezondheidsproblemen met zich mee.
Blijft resultaat uit? Ga niet eindeloos door en neem na 2 maanden zonder resultaat contact op met je dierenarts. Wellicht is er een medische oorzaak dat je paard niet afvalt.
Voeding en training
Ruwvoertekort? Tips om je ruwvoer aan te vullen
Op dit moment is de kwaliteit van ons ruwvoer zorgwekkend: de energie- en eiwitwaardes liggen een stuk lager in vergelijking met 2019 en de suikerwaardes zijn juist flink hoger. Een trend die we niet graag zien! Gelukkig zijn er verschillende alternatieven voor ruwvoer die wél weinig suiker bevatten. Vooral voor suikergevoelige paarden is dit dan ook aan te raden.
Alternatieven voor ruwvoer
Ruwvoer is de belangrijkste voedingsbron voor paarden; ze kunnen niet zonder. Als je niet voldoende (goed) ruwvoer hebt zijn er gelukkig verschillende alternatieven die het ruwvoer kunnen aanvullen of zelfs vervangen.
1. Luzerne
Luzerne is een gewas dat voor veel paarden een geschikte ruwvoeraanvulling is en – niet onbelangrijk: het is goed verkrijgbaar. Luzerne heeft een langere wortel, die diep de grond indringt, waardoor de plant minder gevoelig is voor droogte. Vooral in het najaar is nog veel luzerne geoogst. Omdat luzerne van nature veel calcium bevat, kan het niet volledig de ruwvoerbehoefte invullen. Dan zou de balans tussen benodigd calcium en fosfor naar de verkeerde kant doorslaan. Een maximale toevoeging van zo’n twee kilo per dag is mogelijk. Paarden vinden het over het algemeen erg smakelijk, maar het nadeel is dat het prijziger is dan hooi of kuil.
2. Stro
Je paard of pony stro bijgeven is ook een mogelijkheid. Daarvan is veel beschikbaar en de kwaliteit is juist door de droogte zeer goed. Het nadeel van stro is dat het vrijwel geen voedingsstoffen bevat, alleen vezels. Dus als aanvulling op een slechte kwaliteit ruwvoer is alleen stro niet voldoende.
3. Ruwvoervervangers in zakken
Daarnaast zijn er nog verschillende ruwvoervervangers in zakken, die in veel gevallen aangelengd moeten worden met water, zoals Pavo SpeediBeet. Dit is bietenpulp met een laag suikergehalte. De voedingswaarde is vergelijkbaar met die van een sportbrok, maar omdat de energie via een ruwvoerproduct beschikbaar is, is het beter voor de darmgezondheid van je paard. Je kunt er dagelijks 1 kilo (droog product) van voeren. Let op: voor je het geeft moet je SpeediBeet eerst in water weken. Verder hebben wij voor paarden die aan de dunne kant zijn of wat arm in hun bespiering zitten Pavo FibreBeet ontwikkeld. Dit product heeft dezelfde eigenschappen als Pavo Speedibeet maar dan is hier Luzerne toevoegd voor een iets hoger eiwit gehalte.
Een ander alternatief is Pavo DailyPlus. Dit kan gewooon droog gevoerd worden en is qua voedingswaarde vergelijkbaar met goed hooi. Je kunt Pavo DailyPlus droog door het krachtvoer mengen, maar je kunt het ook apart voeren ter vervanging van hooi of voordroog. Mocht je ruwvoer van niet zoon goede kwaliteit zijn of heeft je paard moeite met het eten van normaal ruwvoer dan kan Pavo FibreNuggets een oplossing bieden. Deze grasbrokken bevatten een constante kwaliteit en worden in geweekte variant gevoerd. Het grote voordeel is dat dit product makkelijk kauwbaar is en past in ieder rantsoen.
Vervanging of aanvulling van ruwvoer?
Voor een goede gezondheid moeten paarden elke dag vezels met voldoende lengte binnenkrijgen. Zorg altijd dat 60 procent van de ruwvoergift aan je paard uit producten met originele lange vezels bestaat. Luzerne en Pavo DailyPlus hebben dat en kunnen dus als volledige vervanging voor gras, hooi of voordroog dienen. De andere producten zijn geschikt als aanvulling. Het is natuurlijker en daardoor gezonder voor het darmstelsel om zoiets te verwerken, dan een extra hoeveelheid krachtvoer te geven.
Vitaminen en mineralen in ruwvoer
Net als met ruwvoer geldt voor de ruwvoervervangers dat er geen extra vitaminen en mineralen zijn toegevoegd. Als een paard daarnaast geen extra krachtvoer krijgt, is het wel zaak het rantsoen aan te vullen met een dagelijkse balancer, zoals Pavo Vital of Pavo DailyFit. Pavo Vital is een melasse- en graanvrij brokje met alle vitaminen, mineralen en sporenelementen die een paard nodig heeft, gemaakt van natuurlijke grondstoffen en zónder overbodige toevoegingen. Pavo DailyFit is een aanvulling van vitaminen, mineralen en sporenelementen in handige koekvorm.
Hoeveel ruwvoer heeft een paard nodig?
Om de minimale hoeveelheid ruwvoer te kunnen berekenen, bepalen we eerst de drogestof-opname per dag. Afhankelijk van het vochtgehalte in het ruwvoer wordt de dagelijkse hoeveelheid van het ruwvoer berekend door de geadviseerde hoeveelheid te vermenigvuldigen met 100 en te delen door het drogestof-gehalte van het ruwvoer. Zie ook de tabel hieronder.
Voeding en gezondheid
Pavo DailyFit of Vital - welke balancer voor je paard?
Goed ruwvoer vormt de basis voor elk voerrantsoen. Onder ruwvoer verstaan we o.a. gras, hooi, stro en bietenpulp. Alleen bevat ruwvoer niet voldoende voedingsstoffen, zoals vitaminen en mineralen, om je paard gezond te houden. Als eigenaar kan je deze eenvoudig aanvullen met een balancer.
Wanneer moet je vitamines en mineralen aanvullen?
Uit honderden ruwvoeranalyses weten we dat ruwvoer niet genoeg vitaminen, mineralen en vooral sporenelementen bevat om in de dagelijkse behoefte van een paard te voorzien. In de volgende gevallen is aanvulling met een balancer de oplossing:
Mijn paard krijgt alleen ruwvoer (gras, hooi, stro, luzerne, bietenpulp etc.)
Ik voer geen krachtvoer (brokken, muesli en slobber)
Ik voer minder krachtvoer dan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid – voor een volwassen paard is dit gemiddeld 2 kilo per dag, voor een pony de helft
Ik voer krachtvoer dat niet gevitamineerd en gemineraliseerd is
Mijn paard is gevoelig voor suikers, dus ik moet bij voer goed letten op het aandeel suiker, zetmeel, granen en melasse
Het kenmerk van een balancer is dat het heel geconcentreerd is en dat je er – in vergelijking met krachtvoer – dus maar weinig van hoeft te voeren.
Pavo heeft keuze uit 2 verschillende soorten balancers:
1. Pavo DailyFit
2. Pavo Vital
Hieronder lees je de verschillen tussen deze 2 soorten balancers en welke het meest geschikt is voor jouw paard.
Wat zijn de verschillen tussen Pavo DailyFit en Pavo Vital?
Zowel Pavo DailyFit als Pavo Vital zijn balancers die een ruwvoerrantsoen ‘uitbalanceren’ en vooral geschikt zijn als je paard geen krachtvoer krijgt of minder dan 1,5 kg krachtvoer per dag (0,75 kg voor pony's). Met beide balancers voorzie je de dagelijkse behoefte aan vitamines en mineralen, in het bijzonder sporenelementen. Er zijn echter een aantal verschillen, die we je graag uitleggen.
Pavo DailyFit
Pavo DailyFit is een graanvrije balancer in handige koekvorm. Het bestaat uit 100% natuurlijke ingrediënten en is vrij van luzerne. De hoofdingrediënten timotheegras en gras geven de koeken een natuurlijke groene kleur. Eén koek van slechts 140 gram bevat de volledige dagelijkse dosis vitaminen en mineralen, vooral sporenelementen, voor een volwassen paard. Een pony heeft genoeg aan een halve koek per dag.
Door de koekvorm kan je makkelijk de dagelijkse portie bepalen en direct uit de hand voeren. Sommige paarden zijn erg kieskeurig en laten de vitaminen- en mineralenkorrels vakkundig liggen als ze gemengd worden met het normale voer. Met Pavo DailyFit heb je dat probleem niet en zie je precies of je paard voldoende heeft binnengekregen.
Pavo DailyFit voorziet in alle dagelijkse vitaminen, mineralen en vooral sporenelementen die je paard nodig heeft. Pavo DailyFit bevat, net als Pavo Vital, de speciale en goed opneembare Intellibond sporenelementen. Het probleem met sporenelementen (koper, zink) is namelijk dat deze voedingsstoffen van nature een heel vieze smaak hebben, waardoor paarden ze vaak niet eten. De Intellibond sporenelementen zorgen ervoor dat de smaak van de sporenelementen pas vrijkomt in het zuur van de maag in plaats van in de mond. Hierdoor wordt de smaak dus niet beïnvloed en worden ze smakelijk gegeten.
Daarnaast zijn de Pavo DailyFit koeken verrijkt met weerstand-ondersteunende bloemen en kruiden: meidoorn, paardenbloem, goudsbloem/ calendula en brandnetel bevorderen de algehele gezondheid en het natuurlijke eetgedrag van je paard.
Pavo DailyFit bevat bewust een lager gehalte vitamine A en geen ijzer, omdat deze twee voedingsstoffen al meer dan voldoende worden gedekt uit gras en ruwvoer. Een langdurige overdosis aan vitamine A kan bij paarden zelfs tot vergiftigingsverschijnselen leiden. Een teveel aan ijzer kan leverproblemen veroorzaken. De extra biotine in Pavo DailyFit ondersteunt de vacht- en hoefgezondheid.
De Pavo DailyFit koeken zijn geschikt voor alle paarden en pony’s die weinig of helemaal geen krachtvoer krijgen en veel buiten op de weide staan.
Pavo Vital
De balancer Pavo Vital bestaat uit kleine 5 mm brokjes gemaakt van 100% natuurlijke ingrediënten, die je puur kan voeren of mengen met ander voer. Pavo Vital is bijzonder geschikt voor paarden en pony's die weinig of helemaal geen krachtvoer krijgen en gevoelig zijn voor granen en melasse in voer. De brokjes voorzien je paard van alle dagelijkse vitamines en mineralen, zonder de energie (suiker en zetmeel) en eiwitten die vaak in krachtvoer zitten.
Net als Pavo DailyFit bevat Pavo Vital de speciale sporenelementen van Intellibond, waardoor de opname van de van nature vieze sporenelementen heel goed is.
Ook het vitamine A-gehalte in Pavo Vital is bewust laag gehouden om overdosering te voorkomen. Deze balancer bevat geen ijzer en een extra hoeveelheid biotine ter ondersteuning van hoeven, huid en vacht.
Het grote verschil met Pavo DailyFit is dat Pavo Vital brokjes zijn in plaats van koeken, de brokjes volledig melassevrij zijn en daarnaast een lager suiker- en zetmeelgehalte hebben.
Tabel: Pavo DailyFit vs. Pavo Vital
Pavo DailyFit
Pavo Vital
Vorm
140 g koek
5 mm brokje
Voeradvies:
Pony (200-300kg): 0,5 koek per dag
Paard (400-600kg): 1 koek per dag
Pony (200-300kg): 50 g per dag
Paard (400-600kg): 100 g per dag
De Pavo Vital 8 kg-emmer bevat een handig maatbekertje voor de juiste dosering
Weerstand-ondersteunende bloemen & kruiden
Meidoorn, paardenbloem, goudsbloem en brandnetel
Nee
Graanvrij
Ja
Ja
Melassevrij
Nee
Ja
Luzernevrij
Ja
Nee
Suikergehalte
7,5%
4,5%
Zetmeelgehalte
4,5%
0,2%
Prebiotica (biergist)
Ja
Nee
Dekt de dagelijkse behoefte af
Ja
Ja
Als aanvulling op krachtvoer
Bij geen tot weinig krachtvoer
Bij geen tot weinig krachtvoer
Geschikt bij 24/7 weidegang
Ja
Ja
Mijn paard heeft weinig krachtvoer nodig
Sommige paarden hebben geen krachtvoer nodig, omdat ze bijvoorbeeld snel te dik of te heet worden. Een balancer is dan de ideale oplossing. Als je wel wat extra energie aan het rantsoen van je paard wilt toevoegen, zijn onze twee geconcentreerde krachtvoeders Pavo Care4Life en Pavo Liga een goede optie. Deze twee producten zitten namelijk een beetje tussen een pure vitaminen- mineralenbalancer en krachtvoer in. Beide bevatten een extra hoge concentratie vitaminen, mineralen en sporenelementen, waardoor je er in vergelijking met ‘gewoon’ krachtvoer maar weinig van hoeft te voeren.
Pavo Care4Life
Pavo Care4Life is een gezonde en geconcentreerde kruidenmix met 11 verschillende soorten kruiden en prebiotica. Het is helemaal melasse-, haver- en graanvrij (ook geen graanbijproducten) en is ideaal voor paarden met neiging tot overgewicht, die slecht met suiker overweg kunnen en/of die moeten herstellen. Paarden hebben aan 1 kilo per dag al voldoende, pony’s aan een halve om in hun dagelijkse vitaminen en mineralen te voorzien (170gr per 100kg lichaamsgewicht).
Pavo Liga
Onze Pavo Liga is het perfecte ‘krachtvoer’ voor sobere paarden- en ponyrassen, zoals IJslanders en Fjorden. Deze paarden hebben vaak weinig krachtvoer nodig en hebben aanleg om snel dik te worden. Pavo Liga bevat dan ook een lage energiewaarde, maar wel de dubbele hoeveelheid vitamines en mineralen per kilo krachtvoer, zodat je met 1,5 kg per dag (pony 750gram) al in de vitaminen- en mineralenbehoefte voorziet (250gr per 100kg lichaamsgewicht).
Lees ook:
> Krijgt mijn paard genoeg vitaminen en mineralen?
Bekijk de video's
> Heeft mijn paard een balancer nodig?
> Hoe wordt Pavo Vital gemaakt?
> Hoe werkt de Ruwvoer Quickscan?
Voeding en gezondheid
Droes bij paarden
Droes is een heel vervelende aandoening voor paarden en hun eigenaren. Het is namelijk een zeer besmettelijke ziekte, die in een groep paarden of op een stal een flinke tijd voor problemen kan zorgen. Maar wat is droes nu eigenlijk? Wat zijn de symptomen van droes en hoe kan je het herkennen en behandelen? Je leest het allemaal in dit artikel.
Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door Linda van den Wollenberg, internist voor paarden bij de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD).
Wat is droes bij paarden en hoe wordt het overgebracht?
Droes is een zeer besmettelijke infectieziekte van paarden, die wordt veroorzaakt door de bacterie Streptococcus equi equi. Deze bacterie zorgt ervoor dat de voorste luchtwegen van je paard gaan ontsteken; vooral de lymfeklieren in de nek en keel worden hierdoor getroffen. In sommige gevallen zwellen deze lymfeklieren sterk op en vormen abcessen. Als deze openbreken is de pus die eruit komt heel besmettelijk voor de andere paarden op stal. De overdracht van droes verloopt vaak direct van paard op paard via bijv. neusuitvloeiing of pus uit abcessen, maar droes kan ook indirect worden overgebracht door mensen die de paarden verzorgen en rijden. Afhankelijk van de weersomstandigheden kan de bacterie enkele weken overleven in water; gedeelde drinkbakken kunnen dus ook een belangrijke bron van infectie zijn. Op hekken, weilanden, boxwanden etc. overleeft S. equi equi doorgaans waarschijnlijk korter (enkele dagen tot een week).
Symptomen en diagnose van droes
De eerste symptomen verschijnen ongeveer 3 tot 14 dagen na de infectie en zijn vaak niet heel specifiek. Het paard is niet helemaal helder en fit en heeft een slechte – of zelfs helemaal geen – eetlust. Daarnaast kan het paard koorts hebben en soms snottert hij al. Met name als het paard koorts heeft is het slim om niet te lang te wachten om een dierenarts te bellen. Hij of zij kan dan monsters (meestal een neusswab) nemen, om hiermee door een laboratorium te laten onderzoeken welke ziekteverwekker voor deze symptomen zorgt. Bij een verdenking of diagnose van droes kan je het bewuste paard namelijk het beste zo snel mogelijk isoleren van de rest om op die manier het besmetten van andere paarden zoveel mogelijk te voorkomen. Dat kan een hoop ellende in een later stadium schelen. Als de lymfeklieren in de keel en kaak opzwellen en er abcesvorming optreedt, worden de symptomen van droes al duidelijker. Soms houden zieke paarden het hoofd en de nek gestrekt, omdat de luchtwegen pijnlijk ontstoken zijn en om makkelijker adem te kunnen halen.
Droes bij oudere paarden
Een flink deel van de paarden krijgt op jonge leeftijd al droes, vooral veulens en jaarlingen zijn extra vatbaar voor deze ziekte. Jonge dieren hebben ook meer kans op het ontwikkelen van complicaties, zoals verslagen droes (waarbij lymfeknopen op andere plaatsen in het lichaam, bijvoorbeeld in de buikholte, ontstoken kunnen raken). Na een droesinfectie bouwt circa driekwart van de paarden immuniteit op voor langere tijd. Het is dus niet zo dat oudere paarden geen droes kunnen krijgen, maar vaak vertonen zij wel een minder heftig ziektebeeld met als symptomen bijvoorbeeld alleen koorts en snotneus. Soms kan de infectie op een manege of pensionstal met volwassen paarden daardoor echter wel veel langer doorrommelen: het wordt minder snel als droes herkend.
Is droes besmettelijk voor mensen?
Gelukkig is droes niet een ziekte die wordt overgedragen op mensen en wij worden er dus ook niet ziek van. Wij kunnen echter wel de infectie van het ene op het andere paard overdragen als de bacterie op onze handen of kleding achterblijft. Het is dus niet verstandig om zowel gezonde paarden als paarden met droes gelijktijdig te verzorgen.
Zo kun je droes bij paarden beperken
Isoleren: wanneer er bij een paard op stal droes wordt vastgesteld, is het verstandig om dit paard te isoleren om besmetting van andere paarden te voorkomen.
Omstandigheden: een slecht geventileerde stal, stress, gebrek aan bepaalde voedingsstoffen en andere ziekten kunnen er overigens voor zorgen dat de droesbacterie makkelijker voor problemen zorgt.
Blijf uit de buurt: laat mensen die paarden met droes verzorgd hebben vooral níet in de buurt komen van de gezonde paarden.
Wegwerpkleding: gebruik bij het paard met droes kleding die je direct daarna in de wasmachine doet of gebruik wegwerpkleding en handschoentjes.
Temperaturen: daarnaast is het slim om de rest van de paarden dagelijks twee keer te temperaturen om een nieuwe besmetting in een zo vroeg mogelijk stadium te ondervangen en het betreffende paard apart te zetten.
Paard enten voor droes
Vaccinatie voor droes kan het aantal infecties in een groep paarden en de ernst van de symptomen bij geïnfecteerde paarden verminderen. De bescherming van het vaccin is echter geen 100 procent, dus een deel van de paarden kan nog wel mildere symptomen vertonen. Om een zo goed mogelijke bescherming op te bouwen, moet een paard 2 keer ingeënt worden met 4 weken tussentijd. De enting zou daarna eens per half jaar herhaald moeten worden.
Behandeling van droes
Op het moment dat de droes zich nog in een vroege fase bevindt en er zich nog geen abcessen in de lymfeklieren hebben gevormd, kan antibiotica eventueel de infectie tegengaan. Het paard bouwt dan echter ook minder of geen afweer op en kan later alsnog droes krijgen. Zodra er abcessen zijn gevormd, is het niet verstandig nog te gaan behandelen met antibiotica. De rijping van de abcessen wordt hierdoor alleen maar onderdrukt en op het moment van stoppen van de behandeling gaat het verloop van de ziekte alsnog gewoon verder. De behandeling van een paard met droes is vooral gericht op het verlichten van de pijn en de koorts. Daarnaast is het van belang dat de etterende abcessen in de lymfeklieren openbreken, zodat het pus eruit kan stromen. Wanneer de abcessen niet vanzelf opengaan, moet de dierenarts hier soms een handje bij helpen. Vervolgens kunnen de abcessen dan dagelijks gespoeld worden met een desinfecterende oplossing. Let er wel op dat de pus die eruit komt heel erg besmettelijk is!
Tijdens de behandeling is het nuttig om de temperatuur van het zieke paard regelmatig te meten. Dit is de beste manier om te bepalen of het paard herstelt of wanneer het verstandig is (opnieuw) contact op te nemen met de dierenarts.
Voeradvies bij droes
Paarden met ontstoken voorste luchtwegen en/of opgezwollen klieren, hebben meestal moeite met slikken. Daarom zie je ook vaak dat paarden met droes slecht willen eten. Zorg er altijd voor dat je ruwvoer aanbiedt, al is het mogelijk dat dit voor het paard pijnlijk is om te eten. Om er toch voor te zorgen dat je paard blijft eten, kun je voeding in geweekte vorm aanbieden. Dit is voor je paard makkelijker weg te kauwen.
Pavo SpeediBeet: dit is snelwekende, ontsuikerde bietenpulp en een bron van supervezels, waarmee je de maag-darmflora van je paard ondersteunt.
Pavo FibreBeet: dit ruwvoerproduct voer je ook geweekt en is een combinatie van Pavo SpeediBeet (ontsuikerde bietenpulp) en luzerne (eiwitten). Deze ‘gezonde dikmaker’ biedt optimale ondersteuning bij conditieherstel.
Pavo FibreNuggets: deze structuurrijke grasbrokken zijn gemaakt van alpenweidegras en in te zetten als hoogwaardige ruwvoervervanger. Je voert ze het beste geweekt, waardoor het ook heel geschikt is voor (oude) paarden met gebitsproblemen.
Pavo SlobberMash: onze slobber is een compleet krachtvoer en rijk aan vitaminen en mineralen. Het ondersteunt een goede darmwerking en gezonde vertering en is makkelijk en snel klaar te maken met warm water.
Gras is voor het paard ook redelijk makkelijk te kauwen, dus je zou het prima op de weide kunnen zetten. Let op: dit moet dan wel een quarantaine weide zijn om besmetting te voorkomen.
Om ervoor te zorgen dat je paard niet nog verder verzwakt en het immuunsysteem extra ondersteund wordt, kan je je zieke paard tijdelijk een ‘opkikker’ geven zoals:
Pavo HealthBoost: ondersteunt het afweersysteem en de darmgezondheid en geeft het paard en krachtige opkikker tijdens of na een mindere periode.
Pavo MultiVit15: is een compleet vitaminesupplement met de vijftien belangrijkste vitamines voor het paard. Daarbij ondersteunt het de afweer en zorgt het voor een glanzende vacht.
Voeding en gezondheid
Tips voor een gezond rantsoen bij weidegang
Er is niets mooiers dan grazende paarden in een groene wei. Maar het vraagt wel de nodige aanpassingen van jou als verzorger om je paard(en) op een gezonde manier te begeleiden in de overgang van het stal- naar weideseizoen.
Hoe lang mag een paard grazen?
Voor de gezondheid en welzijn van je paard is het belangrijk dat hij lekker veel buiten is en vrij kan bewegen. Het liefst niet alleen, maar gezellig tussen andere paarden. Afhankelijk van je wei, is gemiddeld 7 uur per dag grazen voor de meeste paarden voldoende om genoeg voedingsstoffen op te nemen. Met behulp van afrastering kun je ervoor zorgen dat je paard een kleiner/ armer stuk tot zijn beschikking heeft om te voorkomen dat er teveel energie en suiker wordt opgenomen.
Gezondheidsrisico’s van het weideseizoen
In het voorjaar als het gras vers is, liggen er verschillende gezondheidsrisico’s op de loer. Naast het risico op overgewicht of zelfs obesitas, kan de (plotselinge) inname van veel vers gras koliek en diarree veroorzaken. Daarbij kunnen de suikergehaltes in het gras erg hoog zijn, zeker bij koude nachten! Na een nacht met temperaturen van 5 °C of lager - en vooral met nachtvorst - is het suikergehalte in het gras nog hoger. Soms zelfs zo hoog dat dit tot acute hoefbevangenheid kan leiden. Je kunt je paard dan beter wat later op de dag buiten zetten als het fructaangehalte weer wat gedaald is. Om deze gezondheidsrisico’s zoveel mogelijk te voorkomen, is het belangrijk dat je het (voer)management aanpast zodra je paard in het voorjaar de wei op gaat.
Tips voor een gezond voorjaarsrantsoen bij weidegang
1. Weidegang rustig opbouwen
Paarden hebben van nature een heel gevoelig verteringsstelsel. Veranderingen in het voerrantsoen moeten daarom altijd geleidelijk worden doorgevoerd, zodat de darmflora zich kan aanpassen aan de nieuwe situatie. Dit geldt ook voor de weidegang. Begin bijvoorbeeld met een half uur of een uur en breid dit geleidelijk uit. Bij gezonde paarden is het advies om iedere dag met +20% op te bouwen. Als je start met een uur weidegang, verleng je dit de eerste weken iedere dag met 10-15 minuten. Bij paarden waarvan bekend is dat ze gevoelig zijn voor suiker of in het verleden te maken hebben gehad met hoefbevangenheid, kun je het beste extra voorzichtig zijn en +10% per dag aanhouden. Bij hoefbevangen gevoelige paarden is het zelfs verstandig om ze niet langer dan twee uur per dag te beweiden.
2. De wei op met een volle maag
Al dat verse gras is natuurlijk heel verleidelijk. Om te voorkomen dat je paard zich volledig op het gras stort, kan het helpen om voor die tijd al voor een volle buik te zorgen. Geef je paard een extra portie (suikerarm) hooi of kies voor een geweekte ruwvoermaaltijd van ontsuikerde bietenpulp, zoals Pavo SpeediBeet of natuurlijke grasbrokken, zoals Pavo FibreNuggets.
3. Verminder de hoeveelheid calorieën
Voorjaarsgras is heel rijk aan met name energie, maar bevat ook meer eiwit en (helaas ook) suiker dan in het najaar. In de meeste gevallen zelfs meer energie dan paarden verbruiken, waardoor de overtollige energie wordt opgeslagen als vetreserves. Met andere woorden: je paard wordt dikker. Waar je in de herfst- en wintermaanden je paard mogelijk extra hebt moeten bijvoeren om goed op gewicht te blijven, is nu het omgekeerde aan de hand. Je paard heeft nu juist minder behoefte aan extra energie en eiwit. Afhankelijk van je paard en de mate van beweging/ training, kun je verschillende dingen doen om de hoeveelheid calorieën te verminderen:
Voor de fanatieke sporter: voer je nu een krachtvoer om je paard extra energie te geven? Mogelijk kun je dit vervangen door een krachtvoer met een lager energieniveau. Pavo heeft haar krachtvoer ingedeeld in drie energieniveaus: low, medium en high. Doe de test om erachter te komen welke producten het beste bij jou en je paard past:
Voor recreatie & lichte sport: heeft je paard weinig extra energie nodig en wil je hem vooral voorzien van alle dagelijkse vitaminen en mineralen? Stap dan over naar een balancer, zoals Pavo Vital (brokjes) of Pavo DailyFit (repen). Het voordeel van een balancer is dat je alleen vitaminen, mineralen en sporenelementen voert, zonder extra energie of calorieën. Daarnaast hoef je er maar heel weinig van te voeren: 100 gram Pavo Vital per dag is bijvoorbeeld al voldoende.
Tip: voer je een balancer, maar wil je je paard toch graag een ‘grote maaltijd’ geven? De ruwvoermix Pavo DailyPlus is ideaal om te mengen met bijvoorbeeld Pavo Vital. Zo voeg je alleen extra structuur en vezels aan je balancer toe, waardoor je paard toch lekker lang van zijn maaltijd kan genieten.
Voor sobere rassen en gevoelige paarden: een balancer is altijd geschikt voor sobere rassen of paarden die gevoelig zijn voor suiker of granen. Maar daarnaast bestaat er ook zoiets als geconcentreerd krachtvoer. Dit zit tussen een pure vitaminen-/mineralenbalancer en ‘gewoon krachtvoer’ in. Kenmerkend voor dit type product is dat het weinig energie, suiker en zetmeel bevat en juist een extra hoge concentratie vitaminen, mineralen en sporenelementen heeft. Op deze manier hoef je er in vergelijking met gewoon krachtvoer maar weinig van te voeren (gemiddeld 1 kilo voor een paard en 0,5 kilo voor een pony).
Pavo Care4Life is hier een voorbeeld van. Deze gezonde, natuurlijke kruidenmix bevat 11 verschillende soorten kruiden. Het is helemaal melasse-, haver- en graanvrij (ook geen graanbijproducten) en is ideaal voor paarden die slecht met suiker overweg kunnen of aanleg hebben om snel dik te worden. Daarnaast is Pavo EasyMix is de perfecte geconcentreerde muesli speciaal voor sobere paarden- en ponyrassen, zoals IJslanders en Fjorden. Deze paarden hebben vaak weinig krachtvoer nodig en hebben aanleg om snel dik te worden – zeker in het weideseizoen!
Belangrijk om te onthouden is dat je je paard altijd met ten minste een balancer bijvoert – ook tijdens het weideseizoen. In alleen gras en hooi zitten namelijk niet genoeg vitaminen en mineralen om je paard gezond te houden.
4. Geleidelijke overgang
Als je overstapt op een ander soort voer, is het van groot belang dat je dit niet van de één op andere dag doet. Neem een periode van 10 dagen om je paard rustig aan het nieuwe voer te laten wennen. Dit doe je door beide voersoorten te mixen, waarbij je steeds een beetje meer van het nieuwe voer en minder van het oude voer geeft.
5. Wat extra’s om de spijsvertering te ondersteunen
In tegenstellig tot hooi, is vers gras veel 'natter' en bestaat dit voor maar liefst 85% uit water. Je kunt je voorstellen dat vochtige voeding weinig vezels bevat en veel sneller de darmen passeert. Op zich fijn als je paard last heeft van droge mest of verstoppingen, maar minder prettig voor alle andere paarden, die juist diarree of koliekklachten kunnen krijgen van (plotseling) veel vers gras. Om de gevoelige spijsvertering van je paard in deze periode extra te ondersteunen, kun je tijdelijk Pavo GutHealth voeren. Pavo GutHealth is een supplement dat speciaal ontwikkeld is voor een stabiele darmfunctie en helpt de verstoorde darmbacteriën weer terug in balans te brengen bij een plotselinge rantsoenverandering.
Voeding en fokkerij
Veulen op komst: alles wat je moet weten
Wat is er mooier dan een paard met veulen in de wei? De merrie is hoog drachtig en het veulen kan ieder moment geboren worden. Een spannend moment. Maar hoe weet je dat het veulen eraan komt? En wat is belangrijk tijdens en vlak na de bevalling?
Voor de bevalling
Niet alle drachtige merries laten even goed zien dat het veulen op komst is. Als de uier vol raakt, de banden achter wegvallen en kegels aan de spenen komen te hangen, betekent dit dat het veulen er ieder moment kan aankomen. Zorg ervoor dat je de volgende dingen klaar hebt staan of geregeld hebt, zodat je optimaal bent voorbereid op de geboorte van het veulen:
Zorg tegen het eind van de dracht voor een geboortemelder
Installeer een webcam, zodat je ook vanuit je huis kunt meekijken
Zorg voor een grote, schone stal met veel stro, zodat de merrie comfortabel kan liggen, of een veilige weide
Zorg voor voldoende licht in de stal (laat ook ’s nachts de lampen aan)
Noteer nuttige telefoonnummers van o.a. je dierenarts of iemand die het veulen of de merrie kan vervoeren als je naar de kliniek moet.
Zorg dat je ingevroren biest of de Pavo SOS-kit in huis hebt, voor het geval er iets misgaat met de merrie of het veulen niet wil drinken.
Bandeer de staart van de merrie, zodat je goed zicht hebt op het proces
Verder klaarzetten: handdoeken, een schone emmer, betadine en betadineshampoo, een navelklemmetje en een schaar.
Tijdens de bevalling
Als de merrie begint met bevallen en de witte blaas zichtbaar wordt, controleer dan de ligging van het veulen. Voel of de twee voorbenen en het hoofd er zijn. Wanneer dit niet het geval is, ligt het veulen waarschijnlijk verkeerd. Zorg dan dat je merrie opstaat en bel direct de dierenarts.
Eerste 24 uur na de geboorte
De eerste 24 uur zijn cruciaal. Hierin is het belangrijk om een aantal punten te controleren (zie tabel 1 hieronder). Na de geboorte is het veulen voor de afweer tegen ziektes geheel aangewezen op de afweerstoffen uit de eerste merriemelk, oftewel de biest. Deze afweerstoffen kunnen alleen in de eerste 24 uur de darmwand van het veulen passeren en opgenomen worden in de bloedbaan. Wil het veulen niet drinken, heeft de merrie uierontsteking of is ze gestorven? Ingevroren biest of het Pavo SOS-kit met daarin kunstbiest kunnen een uitkomst bieden als het echt niet lukt.
Tijdschema bij een gezond veulen
Een gezond veulen...
binnen
staat
< 1-2 uur
drinkt
< 2-4 uur
plast
< 8 uur
vochtopname
< 12 uur
afdrijven darmpek
< 12-24 uur
Een moederloos veulen
Het is de nachtmerrie van iedere fokker: problemen bij de geboorte. Overleeft de merrie of het veulen het niet, kijk dan op de facebookpagina van de Veulencentrale of van Moederloze veulens en veulenloze moeders. Hier kun je proberen adoptie te regelen. Gaat het om een pleegmerrie die zelf haar veulen heeft verloren, vraag dan wel door wat de reden was. Bij verdenking van ziekten kun je er beter geen veulen bij plaatsen. Maak vooraf goede afspraken en zet deze op papier. Er zijn opvangplaatsen waar meerdere moederloze veulens samen worden geplaatst.
Een andere oplossing is een pleegmerrie die geen veulen heeft gehad, maar na een speciale behandeling melk geeft. Acceptatie van een pleegveulen verloopt hierbij meestal beter. Dierenkliniek Dennenoord in Duizel, vlakbij Eindhoven, heeft in het geboorteseizoen veertig van zulke merries klaarstaan, die na de adoptie tot het afspeenmoment met de fokker mee naar huis mogen, zodat het veulen in de eigen omgeving opgroeit. De kosten bedragen € 2.500. Dat lijkt veel, maar het voordeel ten opzichte van iedere twee uur de fles geven en de sociale ‘paardwaardige’ opvoeding die het veulen op deze manier krijgt, weegt daar zeker tegenop. Lees hier meer tips over wat je kunt doen bij een moederloos veulen.
Veulen afspenen
De meeste veulens worden tussen de vijf en zes maanden gespeend als het veulen zelfstandig veulenbrok en ruwvoer eet. Lees hier meer over de voeding van het opgroeiende veulen. Om de melkgift geleidelijk te laten opdrogen is het verstandig om een week voor het spenen de hoeveelheid krachtvoer voor de merrie te halveren. Drie dagen voor het spenen kan het krachtvoer helemaal gestopt worden. Zorg er ook voor dat de merrie voldoende beweging krijgt.
Veulen ontwormen
Het is aan te raden om het veulen tussen de vierde en achtste dag een wormspuit te geven. Dit moet vervolgens na vier tot zes weken herhaald worden. Daarna kan een normaal ontwormingsschema in overleg met je dierenarts aangehouden worden. Let wel op dat de wormspuit geschikt is voor veulens.
Meer informatie over het fokken van veulens? Kijk dan eens op de website van het KWPN!
Voeding en gezondheid
Spoelworm besmetting bij paarden, bestrijding en preventie
Heb je een spoelworm aangetroffen in je jonge paard? Daar kunnen ze erg ziek van worden! Helaas zijn de eitjes van spoelwormen erg moeilijk te bestrijden, maar met de volgende maatregelen kun je het risico op besmetting beperken en preventief aan de slag gaan!
Wormen bij paarden
Bijna alle paarden maken in hun leven wel één of meerdere worminfecties mee. De meest voorkomende wormen bij paarden zijn:
Aarsmade (Oxyuris equi)
Veulenworm (Strongyloides westeri)
Spoelworm (Parascaris equorum)
Rode bloedworm / kleine strongyliden (Cyathostominae)
Grote strongyliden (Strongylus vulgaris)
Lintworm (Anoplochephala perfoliata)
Op verschillende sites van dierenartsen kun je veel informatie vinden over wormen en de bestrijding ervan. In dit artikel gaan we dieper in op de spoelworm en lintworm, en wat je kunt doen om te voorkomen dat je paard besmet wordt.
Spoelworm besmetting
Spoelwormen zijn lange dunne wormen van 25 cm (vrouwtjes) tot wel 50 cm (mannetjes) lang. Voor paarden kunnen ze een behoorlijke bedreiging voor de gezondheid vormen. Niet te verwarren met aarsmaden, die iets kleiner zijn maar er veel op lijken. Aarsmaden veroorzaken jeuk, maar zijn verder niet gevaarlijk.
De eitjes van spoelwormen zijn niet zo gemakkelijk te bestrijden. Ze zijn zeer goed beschermd tegen weersinvloeden en zelfs tegen chemische stoffen. Ze kunnen tot wel 10 jaar (!) besmettelijk blijven, dus ook een weiland dat een paar jaar met rust wordt gelaten is niet vrij van spoelwormbesmetting. Hetzelfde geldt voor stallen. Vooral stallen waar veel verschillende paarden komen, zijn een bron van besmetting, bijvoorbeeld opfokbedrijven voor jonge paarden.
Eitjes komen via de mond binnen, de larven trekken naar de longen waar ze opgroeien. Na enige tijd worden de larven opgehoest en doorgeslikt. Zo komen de wormen als ze volwassen zijn in de dunne darm terecht.
Spoelwormen bij veulens
Spoelwormbesmetting komt vooral voor bij veulens tot ongeveer een jaar oud, die er behoorlijk ziek van kunnen worden. In de periode dat de larven door de longen trekken, kan het jonge paard hoesten en een snotneus hebben. Wanneer de wormen eenmaal in de darmen zijn aangekomen, kun je de volgende klachten bij je paard herkennen: lusteloosheid, koorts, een rommelige vacht, vermagering met een opgezette buik, diarree en soms zelfs (zeer heftige) koliek. Vanaf een leeftijd van ongeveer drie jaar bouwen paarden natuurlijke afweer op tegen spoelwormen. Voor gezonde paarden vormen deze wormen dan weinig bedreiging.
Mestonderzoek bij je paard
In tegenstelling tot lintworm en horzellarven, kunnen de eitjes van spoelwormen op betrouwbare wijze worden geteld tijdens een mestonderzoek (McMaster methode). Breng hiervoor een vers mestmonster naar je dierenarts, deze zal het onderzoek uitvoeren. In de periode dat de larven door het lichaam trekken of in de longen groeien, kan het paard wel ziek zijn, terwijl er in de mest geen eitjes waarneembaar zijn. Als er een matige of ernstige besmetting wordt vastgesteld, zal de dierenarts je een ontwormingskuur meegeven voor je paard. Welk ontwormingsmiddel het meest geschikt is hangt af van de ernst van de besmetting, of er eitjes van meerdere soorten wormen worden aangetroffen en welke periode van het jaar het is.
Ontwormingsmiddel
Alleen de dierenarts kan het juiste ontwormingsmiddel adviseren. De reden hiervoor is dat er de laatste jaren bij spoelworm resistentie voorkomt tegen ivermectine en moxidectine. Daarom is het voor de bestrijding van deze wormen vaak effectiever om een ontwormingsmiddel te kiezen uit één van de andere twee groepen: pyrantel of fenbendazol.
Lintworm besmetting in het paard
Naast spoelwormen, komt een lintworm besmetting ook veel voor. De symptomen van een besmetting met lintworm zijn meestal vrij vaag, zoals slechte algemene conditie, onverklaarbaar gewichtsverlies en erg gevoelig voor koliek. Daarnaast scheiden lintwormen hun eitjes niet constant af waardoor een telling in een mestmonster ook weinig zegt over de mate van besmetting. Het is mogelijk om bloed- of speekselonderzoek te doen naar aanwezigheid van antilichamen, maar zelfs dan is de mate van besmetting moeilijk vast te stellen. Daarom wordt er in het najaar vaak ‘strategisch’ ontwormd tegen lintworm met pyrantel of praziquantel.
Preventieve maatregelen tegen wormen bij paarden
De meest effectieve maatregelen tegen een spoelwormbesmetting bij paarden zijn:
Mest uit het weiland halen
Afwisselend paarden en andere dieren (schapen) op de weides laten grazen
Geen stalmest op het weiland uitrijden
Stallen regelmatig helemaal leeghalen
Stallen regelmatig ontsmetten, zeker wanneer er andere paarden in komen
De natuurlijke weerstand van het paard ondersteunen. Dit kan met Pavo HealthBoost in de vorm van een kuur in het voor- of najaar, of met Pavo Care4Life als onderdeel van het dagelijks rantsoen.
Voeding en gezondheid
Tips om je paard te helpen bij verharen
De verharingsperiode: bij het ene paard verloopt het makkelijk en vlot, maar er zijn ook paarden die er meer moeite mee hebben. Wist je dat verharen je paard veel energie kost? Met deze tips over voeding en verzorging help je jouw paard snel van zijn oude vacht af!
Wanneer verharen paarden?
Je paard verhaart twee keer per jaar: in de zomer en in de winter. Het proces komt niet op gang door de veranderende temperatuur, maar doordat het overdag langer of juist korter licht wordt. Het verharen kan nog weleens voor problemen zorgen. Zeker als je paard niet helemaal in goede conditie is, kan hij hier wel wat hulp van jou bij gebruiken.
Zo kun je je paard helpen bij verharen
Verschillende factoren hebben invloed op het verharingsproces van je paard. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een goede doorbloeding van de huid. Deze kun je zowel van binnenuit als van buitenaf ondersteunen. Het is belangrijk dat je paard de juiste voeding krijgt, zodat het over de bouwstoffen beschikt die het nodig heeft. Het allerbelangrijkste daarbij is voldoende ruwvoer van goede kwaliteit, aangevuld met een balancer of krachtvoer als je paard dit nodig heeft. Alle voedingsstoffen hebben een direct of indirect effect op de vacht, maar vetten, mineralen en vooral B-vitaminen hebben een duidelijk zichtbaar effect. We geven je een aantal tips om je paard een handje te helpen als hij in de rui is.
1. Paard borstelen
Met een uitgebreide poetsbeurt geef je je paard niet alleen een lekkere massage, het helpt ook bij de verharing. Dit zorgt namelijk voor een goede doorbloeding van de huid waardoor de vacht beter loslaat. Omdat je paard tijdens de verharing ook vaak wat meer jeuk heeft, kan hij een goede poetsbeurt zeker waarderen. Met een rubberen rosborstel kom je een heel eind, maar als je paard flink verhaart, loopt die steeds vol. Er bestaan speciale ‘schuimblokken’ en rubberen handschoenen, waarmee je losse haren nog makkelijker kunt verwijderen.
2. Lekker bewegen
Beweging is een belangrijke factor bij de verharing. Ook dit zorgt voor een betere doorbloeding. Ga trainen of gezellig samen een stukje wandelen of buitenrijden.
3. Vitamineboost
Verharen kost een paard veel energie en kan soms moeizaam gaan. Dit kan komen doordat het paard niet over voldoende eigen vitamine B beschikt. Geef je paard daarom een extra vitamineboost, bijvoorbeeld met een kuur Pavo MultiVit15. Pavo MultiVit15 levert een extra dosis vitaminen om de weerstand van je paard te ondersteunen en zorgt voor een vlotte verharing en glanzende vacht.
4. Slobbermaaltijd
Je kunt je paard extra verwennen tijdens de verharingsperiode door hem een lekkere slobbermaaltijd te geven. Pavo SlobberMash bevat een hoog aandeel zuiver lijnzaad, wat niet direct een effect op de verharing heeft, maar wel zorgt voor een mooie, glanzende vacht. Daarnaast is slobber ideaal om te mengen met het supplement Pavo MultiVit15 voor een optimale verharingsboost.
5. Olie voor extra glans
Wil je niet zozeer de verharing ondersteunen, maar kan de vacht van je paard wel wat extra glans gebruiken? Voeg dan een olie aan je rantsoen toe. Kies bijvoorbeeld voor Pavo LinseedOil of ga voor de wonderolie Pavo Ahiflower®Oil als je de algehele gezondheid van de paard een boost wilt geven. Deze omega 3-6-9 olie bevat een ongekend hoog gehalte aan de meest belangrijke omega 3-vetzuren. Deze zijn cruciaal bij allerlei lichaamsprocessen en ondersteunen naast de huid en vacht o.a. de immuniteit, ademhaling, spierherstel, gewrichten en mobiliteit.
Bekijk ook de video met tips bij verharen:
Voeding en gezondheid
Paard met schurftmijt, wat kun je doen?
Zie jij je paard weleens stampen of met zijn been ergens tegenaan schuren? Grote kans dat hij last heeft van mijt. Schurft is een veel voorkomende huidaandoening bij paarden. In dit artikel leggen we uit hoe je kunt zien of je paard mijt heeft, waar je op moet letten bij een behandeling en hoe je schurftmijt kunt voorkomen.
Wat is schurftmijt?
In Nederland komen drie soorten mijten voor, waarvan Chorioptes verreweg de meest voorkomende is. Deze mijt veroorzaakt beenschurft bij paarden. Mijten zijn heel kleine beestjes, kleiner dan luizen, die als parasieten op de huid tussen de haren van paarden leven. Ze nestelen zich voornamelijk op de benen.
De symptomen van schurft
Schurft veroorzaakt door mijt komt het meest voor in de wintermaanden. Paarden met veel behang aan de benen, zoals Friezen en Tinkers zijn gevoeliger voor mijten dan paarden met een heel dunne vacht. De achterbenen zijn doorgaans gevoeliger dan de voorbenen. Sommige paarden hebben er geen last van en daar duurt het lang voordat je in de gaten krijgt dat er mijten zijn. Dat zijn zogenaamde ‘drager paarden’, die de mijten wel aan andere paarden kunnen overdragen. De meeste paarden hebben er echter wel degelijk last van en dat merk je aan de volgende symptomen:
Korstjes en schilfertjes laag op de benen, bij de koot en de kogel. Heel langzaamaan breidt het zich uit naar boven. Soms is dit niet eens goed te zien maar kun je de bobbeltjes wel voelen.
Je paard heeft veel last van jeuk aan zijn benen en stampt op stal of in de wei. Je ziet ook paarden die proberen de benen te schuren tegen een randje, paal of kruiwagen.
Kale plekken en haaruitval
Je paard probeert zichzelf te bijten
In ernstige gevallen komen er kloven in de huid die moeilijk te behandelen zijn of gaat de huid ontsteken met wondjes en pus. Dan is het tijd om je dierenarts te bellen.
Is mijt besmettelijk?
Ja, de mijten kunnen van paard op paarden worden overgedragen. Het vervelende van mijten is dat ze buiten het paard zo’n drie weken kunnen overleven. Dus ook via borstels en dekjes kunnen mijten worden overgedragen op andere paarden. Dit kan ook via de bodembedekking in de stal. Denk bijvoorbeeld aan boxen waar regelmatig andere paarden in staan, op een handelsstal, in wedstrijd boxen of wanneer je met je paard op vakantie gaat.
De behandeling tegen schurft
Mijten zijn geen schimmels of bacteriën, dus het zal dan ook niet helpen om deze te behandelen met Imaverol of antibiotica. In de eerste plaats is het belangrijk om de dierenarts de juiste diagnose te laten stellen. Zomaar iets proberen kan je paard meer kwaad dan goed doen. Voor specifieke middelen om je paard tegen schurft te behandelen, verwijzen we je naar een dierenarts. De kans is echter groot dat je een middel krijgen om je paard mee te wassen.
Voor een luizen- of mijten behandeling gelden wel enkele algemene regels:
Herhaal een wasbeurt altijd na 10 dagen. De levenscyclus van mijten is drie weken. Ze leggen eitjes op het paard waarna het zo’n drie weken duurt totdat de larve is uitgegroeid tot volwassen dier. Door deze levenscyclus is het absoluut noodzakelijk om minstens twee keer te wassen, zodat alle eitjes vernietigd worden.
Was je hele paard. Mijten kunnen zich schuilhouden op andere plekken dan de benen, was dus niet alleen de benen maar je hele paard.
Het middel is alleen effectief als het op de huid komt. Daarvoor moet je paard door en door nat zijn. Na het wassen kun je het beste de vacht gewoon aan de lucht laten drogen en dus niet afdrogen of droogtrekken met een zweetmes.
Hoe erg ook, als je echt van schurft en mijten af wilt, dan zul je de sokken van je paard moeten afscheren. Het helpt enorm als de mijt geen plek meer heeft om zich te vestigen.
Mijt bij paarden voorkomen
Als je paard eenmaal schurft heeft, is het zaak om dit eerst te behandelen. Dat betekent je paard goed wassen en behandelen met medicatie van de dierenarts. Tegelijkertijd is het belangrijk dat je al je spullen die je voor dit paard gebruikt ontsmet. Borstels, dekjes en dekens kun je wassen in heel heet water met zeep. Het is aan te raden om de stal helemaal leeg te maken en dan te ontsmetten met een speciaal middel, zoals bijvoorbeeld halamid. Bij gevoelige paarden kun je de volgende voorzorgsmaatregelen treffen om mijt te voorkomen:
Overweeg om aan het begin van de winter het behang af te scheren. Of dit een goede maatregel is, hangt ook af van de huisvesting van je paard. Overleg hiervoor met je dierenarts.
Daarnaast is het bekend dat besmettingen met parasieten vooral kans maken op paarden met een lage weerstand. Een goede conditie en weerstand zijn de meest effectieve preventieve maatregelen. Bouw training bijvoorbeeld geleidelijk af van zomeractie naar winterrust en ondersteun je paard in het najaar bij het verharen en de overgang naar het stalseizoen. Je kunt dit doen door je paard Pavo HealthBoost te geven om hem in wat zwaardere perioden te helpen. Mijten bezoeken namelijk niet zo graag een van gezondheid blakend paard.
Voeding en gezondheid
Gaskoliek: wat moet je doen?
Koliek is de verzamelnaam voor symptomen die het gevolg zijn van buikpijn. Er zijn verschillende soorten koliek die door verschillende oorzaken ontstaan. Eén soort die veel voor komt bij paarden is gaskoliek, maar wat is gaskoliek eigenlijk en hoe ontstaat het?
Hoe ontstaat gaskoliek?
Gaskoliek is buikpijn die ontstaat als gevolg van een gasophoping in de darmen. Deze ophoping ontstaat onder andere door een overmatige productie van gassen in de dikke darm. Deze overmatige productie ontstaat wanneer suikers die niet volledig verteerd zijn in de dunne darm vervolgens in de dikke darm terecht komen. Voorjaars- en najaarsgras bevatten veel suikers waaronder fructaan, maar ook krachtvoer met moeilijk verteerbare granen (zoals maïs) kunnen onverteerd doorstromen naar de dikke darm en daar voor een overmatige gasproductie zorgen. Een grote voedingsverandering kan ook aanleiding zijn voor het ontstaan van gaskoliek. Daarnaast kan de ophoping ook ontstaan doordat gassen niet naar buiten kunnen, omdat de darm gedeeltelijk of geheel is afgesloten. Dit kan komen door een verandering in de ligging van de darmen.
Wat te doen bij gaskoliek?
Als je denkt dat je paard gaskoliek heeft, moet je als eerste de dierenarts bellen en goed de symptomen omschrijven die je hebt opgemerkt. Geef je paard in de tussentijd geen eten of drinken. Observeer het gedrag van je paard en doe hem eventueel een deken op als het koud is en/of je paard erg bezweet is. Of lopen met het paard verstandig is, hangt af van de oorzaak van de koliek. Overleg dit dus altijd eerst met je dierenarts.
Gaskoliek bij paarden voorkomen
Je hebt het niet altijd in de hand of je paard wel of geen gaskoliek krijgt, maar er zijn wel een paar punten waar je in het management van je paard rekening mee kunt houden om het te voorkomen.
Een paard kan slecht omgaan met grote rantsoenwisselingen, dus het is heel belangrijk dat je elke overgang in zowel krachtvoer als ruwvoer en weidegang geleidelijk laat verlopen. Schakel dus niet van het ene op het andere moment ineens om!
Zorg ook altijd dat je paard of pony niet te veel voorjaars- of najaarsgras binnenkrijgt, vooral niet als het in de nacht koud is geweest. Geef je paard bijvoorbeeld voordat hij de weide op gaat eerst ruwvoer of Pavo SpeediBeet of Pavo Fibrebeet. Deze vezelrijke producten zorgen voor vulling in de darmen zodat hij al een beetje vol zit en minder gras zal eten en het gras beter verteerd wordt.
Ook is het verstandig om meerdere keren per dag kleine hoeveelheden te voeren. Geef je paard bijvoorbeeld nooit meer dan 2 kg krachtvoer per voerbeurt, het liefst dus minder. Hele granen, zoals maïs, kun je beter niet voeren, omdat deze voor het paard moeilijk verteerbaar zijn. Granen worden pas goed verteerbaar na een hittebehandeling, zoals poffen of expanderen.
Goed verteren begint bij goed kauwen. Laat dus ook regelmatig het gebit van je paard controleren en geef structuurrijk voer, zoals Pavo Nature’s Best , Pavo DailyPlus of Pavo FibreNuggets om het kauwen extra te stimuleren.
Voeding en gezondheid
Hoesten bij paarden
Als een paard moet hoesten, zijn de slijmvliezen geïrriteerd en neemt de slijmproductie toe. In loop van tijd wordt het slijm steeds taaier en gaat het meer en meer vastzitten in de bronchiën. Door de irritatie van de luchtwegen en/of verhoogde slijmproductie treedt de hoestreflex in werking. De verhoogde productie van slijm maakt het moeilijker voor je paard om adem te halen.
Acute of chronische hoest
Er zijn twee soorten hoest bij paarden: acute en chronische hoest. Hoewel een acute hoest met een goede behandeling binnen 1 tot 2 weken verdwijnt, is een paard pas na 3 maanden weer in volledige conditie. Wanneer een acute hoest niet tijdig wordt behandeld, kan dit resulteren in een chronische hoest.
Wanneer een chronische hoest bij paarden niet wordt behandeld kan dit leiden tot chronische obstructieve bronchitis. Bij deze aandoening is het natuurlijke reinigingsvermogen van de longen verstoord. Als gevolg hiervan verkleinen en verstoppen de luchtwegen. Een chronische obstructieve bronchitis verandert op lange termijn het ademhalingssysteem van het paard en veroorzaakt een sterke, angstaanjagende kortademigheid. Wanneer een chronische obstructieve bronchitis zich verder ontwikkelt kan dit ertoe leiden dat de longblaasjes worden opgeblazen en uiteindelijk scheuren. Dit effect is onomkeerbaar, dus wil je kosten was kost voorkomen.
Oorzaken hoesten paarden
De oorzaken van hoesten bij paarden zijn variërend van stof, allergieën tot thermische prikkels, zoals kou en nat. Al deze oorzaken belasten het immuunsysteem van je paard.
Slechte kwaliteit van strooisel, ruwvoer of krachtvoer bijvoorbeeld door schimmel- of stofvervuiling
Sterke stofontwikkeling in de stal
Ammoniakrijke lucht in de stal
Hoge luchtvochtigheid in de schuur, wat leidt tot schimmelgroei
Te vroeg of onnodig dekens opdoen, dit kan snel leiden tot oververhitting: je paard gaat zweten en kan dan sneller afkoelen
Te weinig beweging, vooral in de winter
Virussen, bacteriën en infecties
Allergieën, b.v. op bijenpollen
Spanning
Symptomen hoestend paard
Afhankelijk van de soort hoest die je paard heeft (acuut of chronisch) zal je andere symptomen herkennen. Acute hoest bij paarden wordt meestal veroorzaakt door een virusinfectie en is kort en intens. De symptomen van een acute hoest zijn:
Plotselinge koorts
Hoesten en kortademigheid
Loopneus
Zwelling van de lymfeklieren op het hoofd en de nek van het paard
Verminderde voeropname
Verminderde belangstelling voor de omgeving
Een hoest die langer duurt dan 2 weken zonder duidelijk herstel wordt een chronische hoest genoemd. De symptomen van een chronische hoest bij paarden zijn:
Moeilijk ademhalen
Verhoogde ademhalingsfrequentie in rust
Zweten bij lage belasting
Uitademen met behulp van de buikspieren
Snelle vermoeidheid en gebrek aan motivatie
Kleverige en verkleurde neusuitvloeiing
Tips om hoesten bij paarden te voorkomen
Besteed aandacht aan een goede kwaliteit ruwvoer. Ruwvoer dat te stoffig is of schimmels of bacteriën bevat veroorzaakt hoesten.
Tip: heb je niet de beschikking tot ruwvoer van goede kwaliteit? Probeer dan Pavo FibreNuggets een hoogwaardige ruwvoervervanger (grasbrokken) bestaande uit 100% weidegras afkomstig van de voor-Alpen in zuid-Duitsland. Door de gecontroleerde droging zijn Pavo FibreNuggets heel geschikt voor paarden die gevoelig zijn voor stof en/of schimmel.
Wanneer je droog of stoffig ruwvoer hebt week dit dan, ongeveer 30 minuten, voordat je het voert. Hooi mag niet langer dan 12 uur geweekt worden anders gaat de kwaliteit van het ruwvoer sterk achteruit en is er een groot risico op bacteriegroei.
Stel vochtig hooi ook niet te lang bloot aan warme temperaturen en voer het direct na weken.
Ventileer de stal van je paard voldoende. Regelmatige ventilatie regelt de luchtvochtigheid in de stal, vermindert het risico op schimmelsporen en verwijdert ongewenste gassen zoals ammoniak en stof.
Zorg voor voldoende beweging, regelmatige lichaamsbeweging bevordert de ventilatie van de longen en de zelfreiniging van de luchtwegen.
Voor paarden met een chronische hoest bestaan er zogenaamde hooistomers. Deze stomers zorgen ervoor dat je hooi vrij is van stof zonder verlies van nutriënten.
Tot slot kunnen er ook speciale kruiden of kruidenmengsels worden gevoerd, die een slijmoplossend effect hebben. Pavo Care4Life is een kruidenblend met onder andere kruiden die een positief effect hebben op het ademhalingssysteem van het paard.
Voeding en gezondheid
Probiotica bijvoeren aan mijn paard?
Probiotica ondersteunt een gezonde darmwerking in het paard. In de dikke darm leven bacteriën, die onverteerbare vezels en koolhydraten omzetten in voedingsstoffen. In sommige situaties, zoals bijvoorbeeld na ziekte, kun je je paard extra ondersteunen door pre- en probiotica bij te voeren.
Wat is probiotica?
Meestal worden pre- en probiotica in één adem genoemd, maar er is een groot verschil tussen deze twee. In de dikke darm wordt de vertering niet zozeer door het lichaam zelf gedaan, maar door de bacteriën die daar leven. Zij zetten binnenkomende vezels die het paard zelf niet kan verteren om in bruikbare voedingsstoffen zoals vluchtige vetzuren. Voor een gezonde werking van de darmen is het erg belangrijk om deze bacteriën gezond te houden, zodat zij goed hun werk kunnen doen.
Prebiotica vormen de voeding voor de hardwerkende bacteriën in de dikke darm. Het zijn geen levende micro-organismen, maar onverteerbare voedingsvezels of koolhydraten. Deze zitten vooral in groente, fruit, graanproducten, verschillende kruiden, ruwvoer en bietenpulp. Probiotica zijn de bacteriën of gisten zelf. Een probioticum wordt omschreven als ‘een levend microbiologisch voedingssupplement, dat het microbiële evenwicht in de darm kan beïnvloeden’. Met probiotica breng je levende bacteriën of gisten naar de dikke darm toe.
Wanneer geef je probiotica aan je paard
Probiotica kun je inzetten wanneer de darmflora van je paard verstoord is. Dan is de balans tussen goede en minder gewenste bacteriën weg, waardoor die laatste zich kunnen uitbreiden. Hierdoor kunnen klachten ontstaan, zoals dunne mest, mest waaraan je kunt zien dat de voeding slecht verteerd wordt of gaskoliek. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren als het paard een antibioticakuur krijgt, dat is namelijk nogal een aanslag op de darmgezondheid. Probiotica ondersteunt de darmen dan om het evenwicht weer te herstellen.
De volgende paarden kunnen baat hebben bij pre- en probiotica in hun voeding:
Oudere paarden om ze te helpen het maximale uit hun voeding te halen. Oudere paarden hebben een minder efficiënte spijsvertering en daarom is het zaak de darmen, en de bacteriën die daar leven, in goede gezondheid te houden. Dit doe je door levende gisten te geven.
Drachtige en lacterende merries, omdat ze heel veel energie gebruiken om hun veulen te voeden. Het is dus van belang om een efficiënte spijsvertering te hebben, dit komt ook de kwaliteit van de melk ten goede.
Paarden die herstellende zijn, omdat ziekte meestal ook een aanslag op de darmen betekent. Een stabiele en gezonde darmwerking ondersteunt de algehele gezondheid.
Na een heftige gebeurtenis, zoals een verhuizing, stressvol incident of een plotselinge overgang naar ander ruwvoer.
Goede probiotica voor paarden
Bij mensen is een van de meest bekende bacteriestammen de Lactobacillus in Yakult. Probiotica voor mensen is niet geschikt voor paarden. Voor paarden geldt dat de beste probiotica wordt gegeven in de vorm van levend gist, bijvoorbeeld Yea-sacc. Deze micro-organismen zijn in staat om levend de plaats van bestemming, de dikke darm, te bereiken. Gist ondersteunt de spijsvertering op een natuurlijke manier.
Probiotica supplementen en paardenvoer
Wanneer je een probiotica supplement of -voer uitzoekt, is het van belang dat deze levend gist bevat. Dode gistcellen hebben namelijk geen enkel effect meer.
Pavo Care4Life bevat prebiotica om de darmen maximaal te ondersteunen. De prebiotica in Pavo Care4Life is inuline, uit de wortel van de Cichorei plant. Het ondersteunt de groei van gezonde darmbacteriën.
Ook Pavo Ease&Excel bevat prebiotica in de vorm van arabische gom en fructo-oligasacchariden (niet verteerbare koolhydraten) en levend gist als probiotica.
Als je op zoek bent naar een probiotica supplement, kun je kiezen voor Pavo HealthBoost. Dit supplement is specifiek bedoeld om de algehele gezondheid te ondersteunen tijdens of na een moeilijke periode.
Voeding en gezondheid
Body Condition Score paard berekenen
Een lichaamsconditiescore, oftewel een Body Condition Score (BCS), is een goede manier om te beoordelen of je paard te dik, te dun of precies goed op gewicht is. Dit geeft een veel beter beeld van een te zwaar paard, dan wanneer je bijvoorbeeld alleen naar het aantal kilo’s kijkt: spiermassa weegt immers drie keer zoveel als vetmassa. In dit artikel leggen we je uit hoe je zelf een BCS bij je paard kunt uitvoeren.
Body Condition Score paard
De meest betrouwbare methode om overgewicht bij je paard te meten is de 9-punts Body Condition Score. De Body Condition Score is een systeem ontworpen door D.R. Henneke en zegt iets over de lichaamsconditie van een paard. Dit systeem bestaat uit voelen aan de vetbedekkingen op zes verschillende lichaamsgebieden: de nek, schoft, rug, staartbasis, ribben en het gebied achter de schouders. Op de illustratie hieronder zijn de punten waar je naar moet kijken duidelijk aangegeven. Deze zijn belangrijk om een goede BCS van je paard af te lezen.
Een paard dat wordt beoordeeld met een score van 1 is extreem mager, een score van 9 staat voor extreme obesitas. Als je paard een 7 of hoger scoort, valt deze in de categorie ‘overgewicht’ en moet je paard afvallen. Een score van 8-9 behoort tot de categorie zwaar overgewicht, oftewel (extreme) obesitas. Een Body Condition Score van 5 is optimaal.
*Video: hoe meet je de Body Condition Score van je paard?
Bekijk ook onderstaande video. Hierin legt onze dierenarts en nutritionist Veerle Vandendriessche precies uit hoe je zelf een BCS bij je paard kunt uitvoeren.
Zelf de BCS van je paard scoren
Door middel van onderstaande illustraties en beschrijving kun je per gebied bekijken welke score je paard heeft. Het gemiddelde daarvan bepaalt de uiteindelijke lichaamsconditiescore. Wees eerlijk bij het invullen hiervan, ook al kan het soms best confronterend zijn als de scoren een 7, 8 of 9 zijn. Hou je zelf dan voor dat je hier wat aan gaat doen!
1. Extreem mager
Bij dit paard zijn de botstructuren bij de nek, schouder en schoft makkelijk te voelen. De doornuitsteeksels op de rug zijn zichtbaar, net als de ribben. Je ziet dat de staartbasis duidelijk uitsteekt en je voelt geen vetweefsel.
2. Erg mager
Bij dit paard zijn de botstructuren bij de nek, schouder en schoft vaag te onderscheiden. Je ziet zichtbaar de ribben van het paard. De doornuitsteeksels zijn net als de staartbasis voelbaar.
3. Mager
De botten in de nek, schouder en schoft zijn bij dit paard geaccentueerd, maar er zijn geen botstructuren te onderscheiden. De dwarsuitsteeksels zijn niet meer voelbaar, maar de staartbasis is dat nog wel. De individuele wervels zijn niet meer zichtbaar al kun je de ribben nog wel steeds zien, maar zijn die wel licht bedekt met een vetlaagje.
4. Slank
De nek, schouder en schoft zijn bij dit paard niet overdreven dun. Langs de ruggengraat kun je een lichte richel zien. Het is afhankelijk van de lichaamsbouw van het paard in hoeverre de staartbasis uitsteekt en er is ietwat vetweefsel voelbaar. Daarnaast zie je een vage omtrek van de ribben.
5. Gemiddeld
Bij dit paard gaan de nek en schouder vloeiend over in het lichaam. De schoft is afgerond en het vetweefsel rondom de staartinplant begint sponsachtig aan te voelen. De ribben zijn niet met het blote oog van elkaar te onderscheiden, maar wel makkelijk voelbaar.
6. Matig rond
Rond de nek, net achter de schouder en aan de zijkant van de schoft van het paard begint zich vetweefsel te ontwikkelen. Het is mogelijk dat zich langs de ruggengraat een lichte verdikking bevindt. Het vetweefsel rondom de staartbasis voelt zacht aan. Rondom de ribben voelt dit meer sponsachtig, maar je kunt de ribben nog wel voelen.
7. Overgewicht
Dit paard heeft vetafzetting ter hoogte van de nek, de schoft en achter de schouders. Het is mogelijk dat zich langs de ruggengraat een lichte verdikking bevindt. Het vetweefsel rondom de staartbasis voelt zacht aan. Individuele ribben zijn nog wel voelbaar, maar lastiger door de vulling van vetweefsel tussen de ribben.
8. Obesitas
De nek is merkbaar verdikt bij dit paard en de schoft en het gebied net achter de schouder zijn gevuld met vetweefsel. Langs de ruggengraad bevindt zich een verdikking. Het vetweefsel rondom de staartbasis voelt erg zacht aan. De ribben zijn moeilijk voelbaar als gevolg van vet.
9. Extreme obesitas
Bij de nek, schoft, bij de staartbasis en net achter de schouder van het paard bevindt zich overdadig en uitpuilend vetweefsel. Het vet kan langs de binnenkant van de billen tegen elkaar wrijven. Voor het oog lijkt het net alsof het lichaam en de flanken in elkaar overlopen, doordat de flanken gelijk met de loop van het lichaam zijn gevuld. Langs de ruggengraat is een zeer duidelijke verdikking te zien. Ook de ribben zijn royaal bedekt met vetweefsel, waardoor je ze niet meer kunt voelen.
Wanneer is een pony of paard te mager?
De ideale score van een gezond paard is een 5 op 9. Een topsportpaard mag ook een score 4 hebben. Heeft jouw paard moeite om op gewicht te blijven? Lees dan hier onze tips hoe je magere paarden op een gezonde manier dikker kunt krijgen. Alles vanaf een score 6 is te dik, waarbij je vanaf een score 7 kunt spreken van (extreem) overgewicht en het advies is om je paard te laten afvallen. Overgewicht heeft namelijk verschillende nadelige effecten op de gezondheid van je paard, zoals gewrichtsproblemen, goedaardige vettumoren, insulinedysregulatie of erger nog: hoefbevangenheid. Lees hier meer over de gezondheidsrisico’s van overgewicht.
Help mijn paard is te dik!
Als je je paard wilt laten afvallen, is het belangrijkste uitgangspunt is dat je paard (weer) meer energie gaat verbranden dan dat hij binnenkrijgt én dat je dit op een gezonde en verantwoorde manier doet. Het Pavo InShape Program kan je hierbij helpen. Het Pavo InShape Program is een compleet afvalprogramma voor paarden en bestaat uit drie pijlers: management, beweging en voeding. Dit programma is samengesteld met behulp van verschillende experts, waaronder onze eigen dierenarts en nutritionist Veerle Vandendriessche, de Gezondheidsdienst voor Dieren en sportfysiologen en beweegexperts Dr. Carolien Munsters en Irene Tosi. Daarnaast laten we ook meerdere ervaringsdeskundigen aan het woord die het afvalprogramma van A tot Z hebben doorlopen en hun struikelblokken, oplossingen en adviezen met je delen.
Je paard laten afvallen? Het optimale resultaat bereik je als je zowel het management, de beweging en voeding van je paard aanpast volgens de richtlijnen van het Pavo InShape Program.
Download hier gratis het Pavo InShape Program!
Voeding en fokkerij
OCD bij veulens
OC en OCD zijn botaandoeningen die ontstaan in het eerste levensjaar bij veulens en pijn en kreupelheid tot gevolg kunnen hebben. Naast de genetische aanleg beïnvloeden voeding en beweging de optimale ontwikkeling van de botten. Een OCD fragment is in veel gevallen operatief te verwijderen, al brengt dit wel de nodige risico’s met zich mee.
Wat is OCD?
Osteochondrose (OC) en osteochondrose dissecans (OCD) zijn botaandoeningen, die bij zowel dieren als mensen kunnen optreden. Wanneer er minuscule scheurtjes in het kraakbeen van het bot ontstaan, spreek je van OC en wanneer kleine deeltjes van het verbeende kraakbeen zich losmaken, is het OCD. OC en OCD komen het meest voor in het spronggewricht, gevolgd door de knie, de kogel en de hals- en rugwervels. De aandoening kan pijn en kreupelheid tot gevolg hebben.
Vorming van kraakbeen
Zolang de groeischijven van botten nog niet gesloten zijn, kan een veulen beschadigingen in gewrichten herstellen. Zijn ze eenmaal gesloten, dan is het effect onomkeerbaar. De groeischijven sluiten zich het eerst in de botten aan de “uiteinden van het lichaam” en het laatst in de romp. Op een leeftijd van 2 jaar is dit proces in de benen min of meer voltooid. Bij de vorming van kraakbeen op de botten spelen diverse factoren een rol. Naast de genetische aanleg beïnvloeden vooral voeding en beweging de optimale ontwikkeling van de botten.
Genetische aanleg
Paarden worden selectief gefokt om de populatie paarden met aanleg voor OC(D) zo klein mogelijk te maken. Het is dus zinvol om te weten of de merrie en de hengst waarmee je wilt fokken OC(D)-vrij is.
Voeding en OCD
Het start al met de voeding van de merrie vóór de geboorte van het veulen. Merriemelk bevat van nature te weinig koper voor het veulen, terwijl dit wel erg belangrijk is voor een goede botontwikkeling. Met Pavo PodoLac als brok voor drachtige merries voer je extra koper, wat het veulen als voorraad opslaat in de lever. In de eerste drie levensmaanden komt deze voorraad geleidelijk beschikbaar.
Als het veulen een paar weken oud is, gaat het wat krachtvoer eten. De behoefte van de merrie en het veulen verschilt zo sterk van elkaar, dat het beter is om beide een andere brok te voeren. De merrie heeft namelijk heel veel energie nodig. Ga je het veulen te veel energie geven, dan groeit het te snel waardoor je de belangrijke botmineralen niet meer op tijd kunt aanvullen met een groter risico op beengebreken tot gevolg. Het voeren van veel zetmeel (lees: granen) is vanwege de grote hoeveelheid energie dan ook af te raden. Bij voeding spelen - naast de energie - ook een aantal andere stoffen een belangrijke rol, waaronder:
Mineralen: calcium, fosfor, magnesium
Sporenelementen: koper, zink, mangaan
Vitamines: vitamine D, vitamine K
Uit wetenschappelijk onderzoek onder warmbloedveulens is gebleken dat het toevoegen van magnesium en fosfor een positief effect heeft op het voorkomen van OC(D) in de eerste 12 maanden.
De fokkerijproducten van Pavo zijn allemaal samengesteld met de beproefde Podo-mineralen om de behoeften van het opgroeiende veulen en een goede botontwikkeling optimaal te ondersteunen. Begin vanaf 2 weken met 200 gram Pavo PodoCare per dag (geef eerst een klein beetje en bouw dit langzaam op). Dit is een mineralensupplement met o.a. magnesium en fosfor in de juiste verhouding om een gezonde botgroei bij veulens maximaal te ondersteunen. Op het moment dat je veulen 1 kilo Pavo PodoStart per dag eet, is aanvulling van het supplement Pavo PodoCare niet meer nodig. Voer je minder dan de aanbevolen hoeveelheid? Dan is een aanvulling van Pavo PodoCare nog wel aan te raden om in alle benodigde mineralen te voorzien. Na het spenen kun je het veulen omzetten naar Pavo PodoGrow: een opfokbrok voor jonge paarden tot een leeftijd van ongeveer 2,5 jaar.
Beweging en OCD
Ongedwongen beweging is erg belangrijk voor paarden in de groei. In deze groeiperiode wordt de basis gelegd, omdat de botstofwisseling dan nog het meest dynamisch is. Beweging stimuleert de bloedcirculatie en een betere verbening van het beendergestel. Voldoende beweging zorgt er dus voor dat de botten sterker worden.
Meer informatie over het fokken van veulens? Kijk dan eens op de website van het KWPN!
Voeding en training
Tips bij een droge paardenwei
Je kijkt de wei in en alles wat groen hoort te zijn is geel en verdroogd. Op sommige plaatsen lijkt het gras zelfs volledig afgestorven. De warmte en droogte van de zomer eist zijn tol, maar wat gebeurt er als het ineens gaat regenen? En waar moet je dan op letten? Wij geven je een paar handige tips hoe je om kunt gaan met extreme droogte (en daarna).
Onder extreem droge en warme omstandigheden schakelt het gras over op de ‘overlevingsstand’: alle energie wordt in het wortelstelsel gestoken (want dat moet in leven blijven), waardoor er niets meer overblijft voor boven de grond. Wat je dus ziet is dat het gras afsterft, maar onder de grond blijft het wortelstelsel vaak verrassend lang in leven.
Het regent, het regent
Je zult dan ook merken dat op het moment dat het gaat regenen, de wei zichzelf opvallend snel weer zal herstellen. Zeker op percelen waar de bodem voldoende meststoffen bevat. Het gras zal ineens uit de grond schieten - en daarmee ook de voedingswaarde (lees: suiker), die al die tijd in de wortelen opgeslagen heeft gezeten. Dit kan een risico zijn voor paarden die gevoelig zijn voor suiker, zoals insulineresistentie en cushing/PPID, of zelfs acute hoefbevangenheid veroorzaken. Zowel voor je paard als voor het gras is het dan ook beter om het weiland niet direct intensief te laten begrazen, maar eerst rustig op gang te laten komen. Trek minimaal een week uit voordat je je normale weideroutine weer inzet.
Tip: laat na regenval het weiland niet direct intensief begrazen in verband met hoge suikerwaardes, maar geef het de tijd om te herstellen.
Kunstmest paardenwei
Als er regen wordt voorspeld en je in het voorjaar nog weinig aan bemesting van je paardenwei hebt gedaan, is het raadzaam om wat kunstmest op het weiland te strooien. Normaal gesproken zal het gras van augustus tot en met oktober weer moeten kunnen groeien, maar dan heeft het natuurlijk wel voedingsstoffen nodig. Hier kun je Pavo FieldCare perfect voor gebruiken. Deze kunstmest is speciaal voor paardenweides en bevat een speciale stikstofverbinding die langzaam - in 2 tot 3 maanden - vrijkomt, in tegenstelling tot ‘normale’ kunstmest waarbij het al in een paar dagen vrijkomt met hoge eiwitgehaltes in het gras tot gevolg (dit willen we niet voor onze paarden!).
Wat te doen als het grasland (deels) is afgestorven?
Als je naar je geel-bruine weiland kijkt, wil dat dus nog niet zeggen dat het gras is afgestorven; met een beetje regen kan het zich vaak weer herstellen. Maar hoe kun je controleren of het grasland nog gaat herstellen of niet?
Als je de volgende kenmerken herkent, is de overlevingskans van het gras zeer klein en valt er weinig meer te redden:
De plant is bruin en kun je makkelijk verpulveren
De basis van de plant is niet meer groen na het verwijderen van het afgestorven blad
De wortels zijn houterig en niet meer wit van kleur
Er zit geen vocht meer in de bovenste grondlaag
Tip: schep een stuk gras met wortel uit de grond, leg het in een emmer met water (wortels in het water) en kijk hoe het gras binnen 2 dagen weer opkomt. Dit geeft een beeld van hoe goed het grasland zich kan herstellen als er weer regen valt. (Bron: Eurofins Agro)
Is de conclusie dat je het grasland opnieuw moet inzaaien of doorzaaien, dan is het najaar het meest geschikte moment om een weiland te vernieuwen, aangezien onkruiden dan minder kans hebben om op te komen. Kies voor het in- of doorzaaien altijd voor een graszaad dat bestemd is voor paardenweides, zoals Pavo GrassSeed, en vermijd graszaad voor koeienweides. Lees hier meer over graslandbeheer van de paardenweide.
Voer extra hooi voor paarden bij droogte
De droogte zorgt er niet alleen voor dat het gras amper groeit, maar het kan ook bepaalde gezondheidsrisico’s met zich meebrengen. Denk bijvoorbeeld aan hoefbevangenheid en (zand)koliek. Daarnaast is het natuurlijk ook belangrijk dat je paard voldoende voedingsstoffen en ruwvoer(vezels) binnenkrijgt. Zorg bij een droge en kale weide dus dat je extra hooi bijgeeft of ruwvoervervangers, zoals Pavo DailyPlus ,Pavo SpeediBeet, Pavo FibreBeet of Pavo FibreNuggets inzet. Pavo DailyPlus heeft de voedingswaarde van normaal hooi, dus hier kun je prima een paar kilo per dag als ruwvoervervanger van voeren. Pavo SpeediBeet en Fibrebeet zijn ook een ruwvoer voor paarden en kan bij volwassen paarden tot 1 – 2 kilo per dag (droog product) probleemloos worden ingezet. Om te voorkomen dat paarden het gras te kort afgrazen en veel zand binnenkrijgen, kun je ze ook regelmatig een ander stukje weiland aanbieden als dit mogelijk is.
Tip: onvoldoende gras op de wei? Voer je paard dan extra hooi of ruwvoervervangers bij.
Voeding en fokkerij
Merrie wordt niet drachtig: oorzaken en oplossingen
Het niet drachtig worden van een merrie is een frustrerend en complex probleem. Problemen in verschillende stadia hebben een belangrijke invloed op het succes van de fokkerij. Maar waarom wordt mijn merrie niet drachtig? En hoe creëer ik de ideale omstandigheden voor mijn merrie?
Waarom wordt mijn merrie niet drachtig?
Dat een merrie niet direct drachtig wordt, kan verschillende redenen hebben. Problemen kunnen in drie stadia voor komen: helemaal niet drachtig worden, vroege embryonale sterfte en abortus. Het wel of niet drachtig worden van de merrie hangt van verschillende dingen af:
Leeftijd: een merrie is al vruchtbaar vanaf de leeftijd van achttien maanden. Hoe ouder de merrie, hoe minder kans er is op een dracht.
Geslachtsapparaat: problemen aan het geslachtsapparaat hebben voornamelijk te maken met de vorm van het geslachtsapparaat, cystes en ontstekingen.
Management: het belang van management tijdens de dracht is groot. De conditie van de merrie is een belangrijke factor en heeft direct invloed op de vruchtbaarheid. Een optimale omgeving voor je merrie vergroot de kans op een goede vruchtbaarheid en dracht. De cyclus van een merrie kan zelfs ophouden als de voeding slecht is of wanneer de merrie aan te veel stress wordt blootgesteld!
De hengst: de populariteit van de hengst is bijvoorbeeld van invloed op het sperma, maar ook de kwaliteit en het bevruchtend vermogen.
Type sperma: de kwaliteit en effectiviteit kan verschillen bij vers, gekoeld of diepvriessperma.
De combinatie merrie/hengst
Stress: stress tijdens de dracht kan ook van invloed zijn op een eventuele vroege embryonale sterfte. Andere oorzaken van vroege embryonale sterfte zijn het niet voldoende produceren van progesteron (het drachtigheidshormoon), afwijkingen in de baarmoederwand, zoals ontstekingen en het niet voldoende binnenkrijgen van voedingsstoffen (door bijvoorbeeld cysten of beschadigingen aan de baarmoederwand).
Foetale sterfte, ook wel abortus genoemd, kan optreden bij tweelingdracht, afwijkingen aan de navelstreng, het vroegtijdig loslaten van de placenta, koorts van de merrie en infectie.
Creëer de ideale omstandigheid voor een drachtige merrie
Je kunt de kans op dracht vergroten, door een ideale situatie te creëren op stal voor jouw drachtige merrie. Denk hierbij aan:
Een goede stalhygiëne
Zo min mogelijk stress door regelmaat
Voldoende contact met soortgenoten
Genoeg beweging
Daarnaast kunnen de volgende vitaminen en mineralen een positieve invloed hebben op de vruchtbaarheid van de merrie:
Beta-caroteen (of pro-vitamine A): hiermee is een merrie eerder in haar cyclus, zorgt voor een betere hengstigheid en vermindert de kans op vroege embryonale sterfte.
Vitamine E: een tekort aan vitamine E kan lijden tot onvruchtbaarheid en bij drachtige merries tot misvorming van het veulen (spierziekte, witte spieren) of abortus. Belangrijk dus om dit goed in de gaten te houden!
Foliumzuur: dit is het voor vruchtbaarheid zo belangrijke vitamine B11.
Selenium: heeft een vergelijkbare uitwerking als vitamine E op de vruchtbaarheid.
Het voedingssupplement Pavo Fertile bevat onder andere bovenstaande stoffen en kan hierdoor de vruchtbaarheid van de merrie ondersteunen en zorgt er tevens voor dat de merrie de hengstigheid duidelijker toont.
Voeding drachtige merries
Idealiter worden drachtige merries in kuddes gehouden op de wei. Gras bevat de ideale voedingsstoffen voor merries. In ruwvoer daarentegen zitten vaak veel minder eiwitten, mineralen en vitamine E. Een tekort aan eiwitten is funest. Eiwitten zijn van essentieel belang voor de groei van alle cellen en weefsels. Zeker in de laatste maanden van de dracht is eiwit belangrijk voor de ontwikkeling van het veulen, zonder dat de merries haar eigen reserves moet gaan aanspreken. Een tekort aan eiwit zorgt ook voor een verminderde melkproductie tijdens lactatie. Een gebrek aan vitamine E verhoogt de kans op het laten staan van de nageboorte. Om inzicht te geven in de voedingsstoffen in je ruwvoer, kun je een Pavo Ruwvoer Quickscan doen. Dit is een snelle en voordelige ruwvoeranalyse.
Tip: ontdek de eiwitwaarde in je ruwvoer met de Pavo Ruwvoer Quickscan!
Hoewel in de eerste acht maanden het normale rantsoen van de merrie voldoende is, verandert de voedingsbehoefte van de drachtige merrie in de laatste drie maanden enorm. Het veulen maakt een groeispurt door. Om de merrie in al deze behoefte te voorzien is het verstandig om naast ruwvoer, het energieniveau van de merrie op peil te houden door middel van krachtvoer. Bij tekorten aan bepaalde voedingsstoffen kunnen problemen ontstaan. In de merriebrok Pavo PodoLac zitten alle noodzakelijke vitaminen, mineralen en sporenelementen voor een optimale groei en ontwikkeling van het veulen.
Vruchtbaarheidsonderzoek merrie
Wanneer de merrie een duidelijke hengstigheid laat zien, kan de dierenarts gebeld worden om het paard te insemineren. De dierenarts zal allereerst beginnen met het doornemen van de fok-en medische geschiedenis van de merrie en het beoordelen van het geslachtsapparaat.
Om het geslachtsapparaat te beoordelen, wordt er zowel inwendig als uitwendig onderzoek gedaan. Bij het uitwendige onderzoek wordt de stand en sluiting van de vulva onderzocht. Uitvloeiing uit de vulva kan duiden op een al eventueel aanwezige ontsteking. Wanneer een vulva niet goed sluit, bestaat er een kans dat de merrie lucht naar binnen zuigt. Bacteriën kunnen zo naar binnen komen en kunnen zorgen voor ontstekingen in de baarmoeder. Merries die luchtzuigen door de vulva zullen door de dierenarts moeten worden dichtgezet.
Het inwendige onderzoek bestaat uit rectaal onderzoek en een echografie. Bij het rectaal onderzoek wordt de spierspanning in de baarmoeder, de baarmoedermond en de follikel(s) op de eierstok(ken) gecontroleerd. Door middel van een echo controleert de dierenarts of er vocht of cysten in de baarmoeder aanwezig zijn en worden de eventuele follikels gemeten. Wanneer de follikel groot genoeg is, zacht aanvoelt en het paard een slappe baarmoederhals heeft, mag er geïnsemineerd worden.
Het komt ook voor dat er vocht in de baarmoeder zit. Oorzaken hiervan kunnen zijn: bacteriën/schimmels of gisten in de baarmoeder, overmatige reactie na het dekken of een allergie. Deze kunnen aangetoond worden door middel van een swab of biopt. Vocht in de baarmoeder wordt behandeld door de dierenarts door het middel oxytocine of een antibiotica toe te dienen, of het spoelen van de merrie. Cysten in de baarmoeder worden door de dierenarts weggebrand en kunnen ontstaan door een tekort aan nutriënten. Goed voermanagement is dus zeer belangrijk!
Heb ik een probleemmerrie?
Wanneer een merrie na een aantal pogingen nog niet drachtig is, of niet drachtig wil blijven, is er sprake van een probleemmerrie. Dit kan veel verschillende oorzaken hebben. Het is dan ook verstandig om tijdig contact met je dierenarts op te nemen en samen een plan van aanpak op te stellen.
Hengstigheid stimuleren met Pavo Fertile
Het supplement Pavo Fertile biedt alle ondersteuning die nodig is om de vruchtbaarheid van een merrie te bevorderen. Het is samengesteld voor het op gang brengen van de cyclus en bevat alle benodigde stoffen voor de voorbereiding van een gezonde eicelontwikkeling. Speciaal geschikt voor merries die de hengstigheid niet duidelijk genoeg tonen.
Voeding en training
Het verschil tussen de paardenwei en koeienwei
Paardenweides worden vaak ingezaaid met een graszaadmengsel voor koeienweides, maar die zijn eigenlijk niet geschikt voor paarden. Het verschil zit hem vooral in de voedingswaarde, het groeipunt en de zode.
Voedingswaarde grassen
Melkgevende koeien moeten hard werken om zoveel mogelijk melk of vlees te produceren. Om deze koeien van voldoende voedingsstoffen te voorzien worden koeienweides zeer regelmatig bemest. Ook selecteren koeienboeren bepaalde soorten Engels raaigras met een hoog energie-, eiwit- en suikergehalte. Dat willen wij natuurlijk niet voor onze paarden, dus deze grassoorten zijn voor paardenweides dan ook minder geschikt.
In de natuur is een paard 14 tot 16 uur per dag aan het kauwen. Het maagdarmkanaal van een paard is zo ingericht dat het gedurende de hele dag energiearm, structuurrijk gras kan verteren. Naast gras neemt het paard ook verschillende kruiden en zaden op.
Het soort Engels raaigras, waar 70 tot 100% van een koeienweide uit bestaat, zijn grassoorten die zeer rijk zijn aan eiwit en suiker. Het grootste deel van de suikers in grasplanten komen voor als fructaan. En iedere paardenhouder weet: een overmaat aan fructaan brengt een verhoogde kans op verschillende gezondheidsproblemen met zich mee zoals overgewicht, hoefbevangenheid, spierbevangenheid en insulineresistentie.
Groeipunt grassen
Een ander verschil is het groeipunt. Gras begint weer te groeien vanuit het groeipunt, daar waar de blaadjes uit de stengel komen. Als het groeipuntje opgegeten is, komt het gras moeilijk weer op gang. Koeien snijden gras af met de tong, paarden daarentegen millimeteren gras met hun tanden. Hierdoor eten paarden gras vele malen korter af dan koeien. Een paardenwei heeft dan ook behoefte aan grassen met een heel laag groeipunt, dicht bij de grond. Hierdoor kan gras nadat het is afgegraasd weer snel aangroeien.
Stevige zode
Waar een koe na de maaltijd gaat liggen herkauwen, beweegt een paard veel in de wei en staat het bekend om zijn ‘hapje stapje’ graaswijze. Door het vele bewegen, rennen en afzetten met de hoeven op de grond, is een stevige bodem – oftewel zode – belangrijk om de wei optimaal te houden.
Pavo Paardengraszaad
Door deze verschillen is het belangrijk dat je een paardenwei dus anders inzaait dan een koeienwei. Pavo Paardengraszaad is een graszaadmengsel speciaal aangepast aan de behoeften van paarden. Het bestaat uit 3 verschillende Engelse raaigrassen van het oude type, die zich kenmerken door een zeer laag groeipunt, uitstekende structuurwaarde, zeer standvastig zijn, een hoge resistentie tegen kroonroest en een laag fructaangehalte. Waar roodzwenk zorgt voor een strakker grastapijt, wordt veldbeemd ook wel het betonijzer van de grasmat genoemd, zeer dicht zode vormend. De Timothee in Pavo Paardengraszaad heeft een zeer laag suikergehalte en is erg smakelijk. Het kruidenmengsel bestaat uit Fenegriek, Wilde Peen, Peterselie, Reukgras en Smalle weegbree (3%). Erg lekker én gezond voor paarden!
Kunstmest paardenwei
Naast het verschil in graszaad is er ook een groot verschil in bemesting van de paardenweide. Dierlijke mest heeft zowel voor de koeienweide als voor de paardenweide een uitstekende bemestende waarden. Varkensmest bevat hogere gehaltes dan rundveemest. Om een gezonde paardenweide te behouden, is het advies om jaarlijks minimaal 20m3 dierlijke mest per hectare te injecteren.
Als het voorjaar weer voor de deur staat, zijn veel mensen gewend dat er weer kunstmest gestrooid moet worden. De stikstof die in normale kunstmest zit, komt na het strooien in een dag of tien vrij. Het gras krijgt hierdoor een enorme groeispurt en bevat daardoor meestal relatief hoge eiwit- en suikergehaltes. Sinds 2003 is er een speciale breedspectrum kunstmest voor de paardenweide op de markt: Pavo FieldCare. Pavo FieldCare bevat een speciale stikstofverbinding die langzaam vrijkomt. Het voordeel hiervan is dat het gras goed groeit, maar zowel de suiker- als de eiwitgehaltes in het gras blijven wat lager, doordat niet alle stikstof in één keer vrijkomt. Daarnaast bevat Pavo FieldCare een aantal andere meststoffen, zoals fosfor, kalium, magnesium, natrium en zwavel; allemaal nutriënten die belangrijk zijn voor een gezonde paardenweide!
Lees hier meer tips over het onderhoud van de paardenweide.
Voeding en training
Wanneer voer je glucosamine bij aan je paard?
Glucosamine helpt om pijn in de gewrichten van je paard te verlichten en stimuleert herstel van kraakbeen. Het wordt vaak preventief gegeven aan sportpaarden als er veel van de gewrichten wordt gevraagd. Na een blessure, problemen met gewrichten of na indicatie van een dierenarts kan jouw paard ook voordeel hebben van ondersteuning met glucosamine. Dat geldt ook voor oudere paarden of paarden met artroseklachten.
Waarom glucosamine bijvoeren?
Glucosamine is een lichaamseigen aminosuiker. Dit betekent dat de structuur van glucosamine een combinatie is van suikers met aminozuren, die op een speciale manier met elkaar verbonden zijn. Het werkt o.a. in het kraakbeen. Om uit te leggen waar glucosamine precies in het kraakbeen zit en wat het daar doet, is het goed om eerst wat meer te weten over de bouw en werking van kraakbeen.
Kraakbeen
Kraakbeen zit in het gewricht over de botuiteinden heen en zorgt ervoor dat wrijving wordt verminderd door productie van gewrichtsvocht. Kraakbeen bestaat uit water gevangen in een netwerk, dit netwerk noemen we de extracellulaire matrix. Deze matrix bestaat weer uit andere bouwstenen: collageen en proteoglycanen. Collageen zijn langwerpige ketens van suikers die door middel van zwavelbruggen zorgen voor de stabiliteit en elasticiteit van het kraakbeen. Proteoglycanen zijn langwerpige eiwitten die binden met water. Ze geven het kraakbeen stevigheid en zorgen voor schok dempend-vermogen.
Als transportmiddel voor voeding naar het kraakbeen, en voor het smeren van de gewrichten, is kraakbeen omringt door een vloeistof. Deze gewrichtsvloeistof wordt ook wel synoviale vloeistof genoemd. Synoviale vloeistof bestaat uit zowel glucuronzuur, hyaluronzuur en glucosamine.
Glucosamine is niet alleen een bouwsteen voor synoviale vloeistof. Het is ook een van de belangrijkste bouwstenen voor proteoglycanen en glycosamineglycanen. Ook voor de opbouw van hyaluronzuur is glucosamine nodig. Daarmee heeft glucosamine dus een cruciale functie in de werking van het kraakbeen.
Hoe werkt glucosamine?
Glucosamine heeft dus een belangrijke functie in de opbouw van het kraakbeen. Hierdoor kan het een positieve bijdragen leveren aan paarden met gewrichtsproblemen, zoals artrose en artritis. Bij artrose vindt er als eerste slijtage plaats aan het kraakbeen. Als gevolg hiervan kunnen ook het bot, de synoviale vloeistof en het synoviaal membraam worden aangetast. Ook de structuren rondom het gewricht, zoals banden en spieren, raken betrokken bij het proces van artrose. Bij artritis kunnen dezelfde onderdelen van het gewricht worden aangedaan, maar is de oorzaak van de gewrichtsaandoening een ontsteking.
Verschillende onderzoeken hebben aangetoond dat glucosamine in staat lijkt om de enzymatische afbraak van de extracellulaire matrix te remmen. Glucosamine biedt daarbij bescherming tegen de afbraak van de matrix, het zorgt niet voor productie van. Ook heeft glucosamine een effect op de hoeveelheid glycosamineglycanen, een belangrijk onderdeel van de extracellulaire matrix. Het geven van glucosamine aan je paard kan een pijn verminderende werking hebben, doordat glucanen effect hebben op de toename van hyaluronzuur in het synovium. Tot slot zorgt glucosamine nog voor een verminderde afbraak van collageen.
MSM en andere belangrijke hulpstoffen
Onder andere MethylSulfonylMethaan (MSM), chondroïtine en collageen zijn stoffen die hand in hand werken met glucosamine. Hier onder leggen we ze wat beter uit:
MSM is zwavel die van nature voorkomt in het lichaam. MSM heeft verschillende functies en het zorgen voor stabiel en elastisch kraakbeen is er een van. Verder zorg zwavel voor het verminderen van pijn, ontstekingen en artritis. Verval van het gewricht, wat optreedt bij artrose, kan worden geremd. Zwavel heeft het vermogen om celmembranen, de buitenste laag van de cel, te stabiliseren, de lekkage van beschadigde cellen te vertragen of te stoppen en stoffen die ontstekingen veroorzaken weg te spoelen.
Chrondroïtine, een glycosamineglycaan, heeft een pijn verminderend effect. Ook zorgt chrondroïtine ervoor dat de zwelling, ontsteking en effusie afnemen. Effusie is het doorsijpelen van vocht naar een lichaamsholte. Tot slot werkt chrondroïtine het enzym tegen dat in staat is om eiwitten af te breken.
Collageen, een lichaamseigen suiker, zorgt voor stabiliteit en elasticiteit van het kraakbeen. Daarnaast vermindert collageen botafbraak.
Hyaluronzuur, onderdeel van de synoviale vloeistof, werkt als smeermiddel en is schok-dempend. Hyaluronzuur wordt gegeven om de kwaliteit van de gewrichtsvloeistof te verbeteren en heeft daarnaast een pijnstillend en ontstekingsremmend effect.
Tot slot zijn vitamine C en silicium hulpstoffen die een rol spelen bij de vorming van botweefsel, kraakbeen, collageen en hyaluronzuur.
Glucosaminesupplement voor paarden: waar moet je op letten?
Als het lichaam van je paard niet meer in staat is om voldoende glucosamine zelf te produceren, en jouw paard hierdoor bewegingsklachten laat zien, kan een supplement ondersteuning bieden. Wanneer je kiest voor het geven van een glucosaminesupplement aan je paard, is het belangrijk dat je niet alleen let op de aanwezigheid en hoeveelheid glucosamine in het product, maar ook op de aanwezigheid van andere belangrijke hulpstoffen, zoals MSM, chondroïtine en collageen. Het voedingssupplement Pavo Mobility bevat zowel glucosamine als alle andere belangrijke hulpstoffen en helpt zo gewrichten van je paard optimaal te ondersteunen!
Let wel: verbeteringen in de gezondheid van gewrichten zijn vaak niet meteen duidelijk. Dit proces duurt vaak langer. Een zichtbare verbetering kan weken tot zelfs maanden duren. Het verbeteren van de gezondheid van gewrichten is een langzaam proces, waarbij jij en je paard veel geduld nodig hebben.
Voeding en training
Voertips bij de 5 meest voorkomende trainingsproblemen bij paarden
Blijven prestaties achter of loopt het niet helemaal lekker in de training? Ga eens na of jouw paard de juiste voedings- en bouwstoffen binnenkrijgt. Natuurlijk is niet alles te verhelpen met een aanpassing van het rantsoen, maar het kan net dat duwtje in de goede richting geven. Vijf voedingstips bij trainingsproblemen.
1. Mijn paard heeft te weinig bespiering
Uit onderzoek blijkt dat het aanbod van eiwit in het rantsoen van veel paarden onder de maat is. Eiwit is echter wel nodig voor optimale spieraanmaak en –herstel. De reden dat de kwaliteit van het ruwvoer terugloopt, is dat het steeds vaker wordt geïmporteerd uit het buitenland waar slechts één snee hooi wordt gewonnen per jaar van weilanden die niet of nauwelijks worden bemest. Het ziet er mooi uit en ruikt lekker, maar dat zegt niets over het eiwitgehalte.
Voedingstip
Alleen als je je ruwvoer laat analyseren, kun je iets zeggen over de gehalten aan energie, eiwit en suiker. Mocht daaruit blijken dat ook jouw ruwvoer te weinig eiwit bevat, dan kun je ander hooi of kuil aanschaffen. Of je vult aan met een het eiwitrijk ruwvoerproduct, zoals Pavo FibreBeet. Dit is een mix van Pavo SpeediBeet (ontsuikerde bietenpulp) en luzerne om arme bespiering te ondersteunen. Als aanvullend krachtvoer kun je daarnaast kiezen voor een eiwitrijk product, zoals Pavo TopSport, om te zorgen dat je paard alle bouwstoffen binnenkrijgt om spieren aan te zetten tijdens de training. Voer 500 tot 1000 gram Pavo Topsport per dag. In combinatie met voldoende training neemt de bespiering in 2 à 3 maanden toe. Blijft de bespiering dan nog achter? Het supplement Pavo MuscleBuild zal de spieropbouw nog verder ondersteunen.
2. Mijn paard is nerveus en gestrest
Veel paarden hebben tijdens de training last van nervositeit. Onderzoek heeft aangetoond dat gespannen gedrag veroorzaakt kan worden door magnesiumtekort. Door de afnemende kwaliteit van ruwvoer komt dit steeds vaker voor. Magnesium speelt een rol bij botopbouw en de geleiding van zenuwprikkels. Het is ook nodig om spieren te laten ontspannen. Sportpaarden van zo’n 650 kilo hebben gemiddeld 20 gram magnesium per dag nodig. Bij ernstige magnesiumtekorten krijgt een paard zenuw- of spiertrillingen. Paarden krijgen magnesium binnen via gras en kwalitatief hoogwaardig ruwvoer. Een deel wordt via zweet uitgescheiden. Dat is ook de reden dat sportpaarden een grotere behoefte aan magnesium hebben, omdat zij meer bewegen en zweten.
Voedingstip
Is jouw paard nerveus of schrikkerig? Overweeg dan Pavo NervControl. Dit supplement bevat onder andere magnesium en het aminozuur L-tryptofaan en zorgt ervoor dat de spanning sneller uit het lichaam wordt afgevoerd. Je kunt ook kiezen voor een heel andere voedingsaanpak met Pavo Ease&Excel: een graanarme sportmuesli met een extreem laag suiker- en zetmeelgehalte, waarbij de energie uit vezels en olieën wordt gehaald. Veel nerveuze paarden reageren hier heel goed op. Ook ideaal voor paarden met maagproblemen. Voer je liever een brok? Kies dan voor Pavo Performance.
3. Mijn paard voelt de dag na de training stijf aan
Na een zware training is het belangrijk dat de afvalstoffen in de spieren worden afgevoerd en bouwstoffen worden aangevoerd. Zorg voor adequate voeding, passend bij de prestatie. Veel sportpaarden hebben behoefte aan meer eiwit voor hun spiergezondheid. Het beste kun je daarin voorzien door hoogwaardig ruwvoer te geven, waarvan je de gehalten weet. Overweeg daarnaast een toevoeging van anti oxidanten, vitamine E en selenium of zoek een product dat Beta-alanine bevat. Dat is een product dat voor mensen wordt gebruikt om verzuring tegen te gaan, maar waarvan ook is aangetoond dat het positieve effecten op paarden heeft.
Voedingstip
Is jouw paard stijf na de training? Geef voor de inspanning Pavo Eplus, dat krachtige anti oxidanten vitamine E en selenium bevat. En blijft je paard stijf aanvoelen, dan zou je Pavo MuscleCare eens kunnen proberen. Dit supplement bevat Beta-alanine, waarvan bij paarden eveneens is bewezen dat het moment van verzuring wordt uitgesteld.
4. Mijn paard heeft te weinig uithoudingsvermogen
Voor duurprestaties heeft een paard weinig aan ‘snelle’ energie uit suiker en zetmeel. Olie is een betere energiebron. Een paard wordt er niet ‘heet’ van, maar het levert wel veel energie op. Er is zuurstof nodig voor de verbranding, dus het werkt het beste bij duurprestaties, waarbij een paard niet buiten adem raakt. Je kunt zelf plantaardige olie aan het voer toevoegen. Maar het is eenvoudiger om een uitgebalanceerd energierijk voer te kiezen, waar alles in de juiste verhouding inzit.
Voedingstip
Zoek je een olierijk voer zodat je paard wel energie krijgt, maar niet heet wordt? Probeer dan Pavo Performance (sportbrok) of Pavo Ease&Excel (sportmuesli) als je op zoek bent naar een sportvoer met veel energie (energy level high). Train je op middel tot zwaar niveau, dan is Pavo AllSports (sportbrok) of Pavo SportsFit (sportmuesli) een beter alternatief. Deze producten hebben allebei een gemiddeld energieniveau (energy level medium).
5. Mijn paard zweet veel
Zweten is nodig om af te koelen, maar daardoor verliest een paard vocht en zogenaamde ‘elektrolyten’ of lichaamszouten, zoals natrium, chloride en kalium. Die spelen een belangrijke rol in de waterhuishouding van een lichaam. Vocht wordt aangevuld door te drinken. Veel paarden hebben wel de beschikking over een zout-liksteen, maar ze eten er niet van. Dan zal je als paardenhouder je paard actief zout moeten geven om tekorten aan te vullen. Je kunt keukenzout zonder jodium gebruiken om dagelijks toe te voegen aan het rantsoen. Verdeel het over meerdere voerbeurten om te voorkomen dat een paard het niet lekker vindt en zijn eten laat staan. Nog makkelijker en beter is het om een speciale elektrolytenmix door het voer te mengen.
Voedingstip
Zweet jouw paard veel? In Pavo Elyte zit niet alleen natriumchloride, maar ook andere lichaamszouten die je paard bij het zweten verliest. Voor recreatiepaarden is 50 tot 100 gram per dag genoeg, bij zware training of extreme temperaturen wordt 100 tot 200 gram per dag geadviseerd.
Voeding en training
De 5 belangrijkste ingrediënten in supplementen voor paarden uitgelegd
Supplementen voor paarden zijn er in allerlei soorten en maten, maar wat zit er nu precies in dat helpt? En waar let je op als je op zoek bent naar een geschikt supplement? In dit artikel leggen we de vijf belangrijkste ingrediënten in voedingssupplementen voor paarden aan je uit.
1. Vitamine E
Vitamine E is een antioxidant dat ervoor zorgt dat afvalstoffen, die een spier produceert bij arbeid, worden geneutraliseerd. Op deze manier zorgt vitamine E ervoor dat spierschade na een (zware) training wordt voorkomen. Daarnaast heeft vitamine E ook een ondersteunende rol in het zenuwstelsel en het immuunsysteem.
Het grootste gedeelte van de behoefte aan vitamine E kan je paard uit vers gras halen. Als je paard genoeg op de wei staat, en daar voldoende gras eet, krijgt hij al meer binnen dan de basisbehoefte. Maar als je paard níet voldoende gras binnenkrijgt, loop je kans op vitamine E-tekorten. Daarbij heeft vitamine E moeite om stabiel te blijven als het warm wordt. Als je hooi en kuilgras opslaat, neemt het vitaminegehalte dus af en kan het zijn dat je paard een extra aanvulling nodig heeft.
Of je vitamine E wel of niet moet bijvoeren hangt af van je basisrantsoen en trainingsschema. Ben je met je paard aan het trainen en merk je dat hij daarna toch nog wat lang stijf blijft? Dan kanaanvulling met een vitamine E-supplement, zoals Pavo EPlus uitkomst bieden. Pavo EPlus is hét supplement voor soepele spieren en helpt de spierfunctie van je paard optimaal te ondersteunen.
2. Selenium
Vitamine E en selenium worden vaak in één adem genoemd. Ook selenium is een antioxidant dat ervoor zorgt dat afvalstoffen, die een spier produceert bij arbeid, worden geneutraliseerd. Een andere antioxidant is vitamine C. Deze drie werken gezamenlijk én in de juiste verhouding efficiënter dan alleen. Kijk daar dus goed naar als je een op zoek bent naar een selenium-supplement. Pavo EPlus bevat al deze antioxidanten in de juiste verhouding. Naast het beschermen van de spieren speelt selenium ook een belangrijke rol in de rode bloedcellen voor uitwisseling van zuurstof, in de immuunrespons en in de vruchtbaarheid.
Selenium is een sporenelement, een mineraal waar paarden maar een klein beetje van nodig hebben. Het vervelende van selenium is dat het verschil tussen de optimale hoeveelheid en een te grote hoeveelheid heel klein is. Teveel selenium is niet gezond voor een paard. De kans op een tekort aan selenium is het grootst in een rantsoen met alleen ruwvoer, omdat in Nederland de bodem op veel plekken seleniumarm is.
Net als voor Vitamine E, geldt ook voor selenium om eerst goed naar het basisrantsoen en het trainingsschema van je paard te kijken, voor je gaat bijvoeren. Ben je aan het trainen met je paard, maar voelt hij na de training nog lang stijf aan? Dan kan aanvulling met een voedingssupplement, zoals Pavo EPlus helpen om de spieren soepel te houden . Met Pavo EPlus geef je de drie belangrijkste antioxidanten (selenium en vitamine E en C) in de juiste verhouding.
Meer lezen: Vitamine E en selenium voor paarden: bijvoeren of niet?
3. Magnesium
Magnesium is een mineraal dat van belang is bij allerlei processen in het lichaam. Het zorgt voor de ontspanning in zenuwen, spieren en bloedbanen, ondersteunt bij opbouw van het skelet, verhoogd de weerstand tegen spanning en stress en heeft een rol in de overdracht van zenuwprikkels.
In principe moet een paard magnesium halen uit het voer, aangezien het lichaam van je paard dit niet zelf kan aanmaken. In ruwvoer zit echter niet altijd voldoende magnesium, waardoor aanvulling in de vorm van krachtvoer of een aanvullend supplement nodig is.
Let altijd op een juiste verhouding tussen calcium en magnesium in het rantsoen, anders wordt magnesium verdrongen en wordt het zonder opgenomen te worden via de urine direct weer uitgescheiden! Lees hier meer over de functie van magnesium in je paard.
In de volgende situaties hebben paarden een verhoogde behoefte aan magnesium:
Na hevige inspanning: Omdat magnesium een belangrijke rol speelt in het ontspannen van spieren kunnen paarden die hard hebben gewerkt baat hebben bij een magnesiumsupplement, zoals Pavo EPlus. Pavo Eplus is het supplement voor soepele spieren bij paarden en werkt preventief tegen spierstijfheid. Lees hier meer tips om spierpijn bij je paard te voorkomen.
Opgroeiende dieren: Naast de genetische aanleg, beïnvloeden ook voeding en beweging de botontwikkeling bij opgroeiende veulens. In de eerste levensmaanden heeft een veulen veel bouwstoffen nodig voor een gezonde botontwikkeling. Maar het is van het grootste belang dat deze in een juiste onderlinge verhouding beschikbaar zijn. Teveel van het één of te weinig van het ander kan al tot afwijkingen leiden, zoals OC(D). Pavo PodoCare bevat de mineralen fosfor, magnesium, calcium en vitamine D voor ondersteuning van de optimale groei van het botweefsel. Voor een gezonde botopbouw is vooral extra fosfor en magnesium belangrijk.
Stresssituaties: Magnesium zorgt voor de ontspanning van zenuwen, spieren en bloedbanen en verhoogd de weerstand tegen spanning en stress. Op het moment dat het lichaam aan stress wordt blootgesteld, verbruikt het extra magnesium. Een tekort aan magnesium maakt het lichaam juist weer gevoeliger voor stress. Hierdoor wordt het magnesiumtekort nóg groter en belandt het lichaam in een vicieuze cirkel. Zorg dus altijd, zeker bij gestreste paarden, voor voldoende magnesium in het rantsoen! Het supplement Pavo NervControl bevat onder andere magnesium voor meer rust en controle bij nerveuze paarden. Lees hier meer tips bij nerveuze of gestreste paarden.
Veel zweten: Mensen krijgen vaak te veel zout binnen, maar bij paarden is dit in de meeste gevallen niet zo. Vooral in de zomermaanden als het lekker warm is, gaan er veel lichaamszouten – oftewel elektrolyten – verloren via het zweet. Het paard verliest dan voornamelijk natrium, kalium, chloride, calcium en magnesium. Het supplement Pavo E’lyte bevat al deze lichaamszouten en worden zo weer aangevuld. Hier kun je meer lezen over wanneer je zouten moet aanvullen bij je paard.
Paarden die veel zout binnenkrijgen door een liksteen zonder magnesium: Paarden die veel zout binnenkrijgen door een liksteen zonder magnesium krijgen een verkeerde balans in mineralen en sporenelementen. Door te veel van het ene element kan de opname van het andere elementen worden bemoeilijkt. Wanneer je paard veel zweet is het beter om - eventueel naast een liksteen - een speciale electrolytenmix, zoals Pavo E’lyte, door het voer te mengen om zo zouten aan te vullen. Pavo E'lyte bevat niet alleen natriumchloride, maar ook de andere belangrijke lichaamszouten die je paard door het zweten verliest.
Diarree: Paarden die langdurig aan de diarree zijn, zijn gevoeliger voor magnesiumtekort.
4. Glucosamine
Glucosamine is een lichaamseigen aminosuiker, oftewel een combinatie van suikers met aminozuren. Het helpt je paard om pijn in de gewrichten te verlichten en stimuleert herstel van kraakbeen. Glucosamine is een belangrijke bouwsteen voor vele onderdelen van het gewricht zoals: synoviale vloeistof, proteoglycanen, glycosamineglycanen en hyaluronzuur.
Als het lichaam van je paard niet meer in staat is om voldoende glucosamine zelf te produceren, en jouw paard hierdoor bewegingsklachten laat zien, kan een supplement met onder andere glucosamine ondersteuning bieden. Glucosamine helpt de pijn in de gewrichten te verlichten en stimuleert het herstel van kraakbeen. Het voedingssupplement Pavo Mobility bevat glucosamine en alle andere belangrijke hulpstoffen om de gewrichten van jouw paard extra te ondersteunen!
Glucosamine kan preventief gegeven worden aan sportpaarden, waarvan veel van de gewrichten wordt gevraagd. Paarden met problemen aan de gewrichten, zoals artrose en artritis, hebben baat bij glucosamine. De gewrichten van oudere paarden worden vaak door deze aminosuiker ondersteunt. Ook de dierenarts kan glucosamine in sommige gevallen aanraden.
Lees hier meer over glucosamine en wanneer je het bijvoert aan je paard.
5. Biotine
Biotine is een wateroplosbare B vitamine en is maar in kleine hoeveelheden in het lichaam opgeslagen. Dit komt omdat bacteriën in de darmen van paarden biotine produceren. Alle biotine die het paard nodig heeft, wordt direct geabsorbeerd, de rest wordt uitgepoept. De aanmaak in de darm van een paard is over het algemeen voldoende om in de dagelijkse behoefte te voldoen. Biotine draagt bij aan een gezonde vacht, en harde en gezonde hoeven die goed groeien.
Bij langdurig droog weer krijgen sommige paarden en pony’s last van droge hoeven, waardoor ze kunnen gaan brokkelen of scheuren. Hoorn verliest namelijk een stuk elasticiteit als het droog wordt. Wanneer je paard last heeft van zachte en brokkelige hoeven kan het, naast het natmaken van weide en hoeven, zinvol zijn om het rantsoen aan te vullen met een biotine supplement, zoals Pavo BiotinForte.
Lees hier meer over biotine en tips bij droge hoeven.
Voeding en gezondheid Voeding en training
Tips paard verhuizen naar andere stal
Het kan voor komen dat je je paard op een bepaald moment moet of wilt verhuizen naar een andere stal of misschien wel een stal aan huis. Daar kunnen verschillende redenen voor zijn, maar het levert altijd wel wat stress op zowel bij jezelf als je paard. Er ploppen verschillende vragen bij je op of jij en je paard bijvoorbeeld gelukkiger zullen zijn op de nieuwe stal en of alles tijdens en na de verhuizing wel goed gaat. Sommige paarden vallen bijvoorbeeld af na een verhuizing of gaan slechter eten.
Waarom je paard verhuizen?
De afweging om je paard te verhuizen is vaak een lastige en meestal spelen er allerlei factoren mee die je uiteindelijk laten besluiten om het te doen. Vaak is de verzorging voor het paard de belangrijkste reden en vind je bijvoorbeeld dat hij te weinig beweging krijgt, te kort buiten staat of past het voerbeleid of management van deze stal niet bij je paard waardoor hij misschien wel allerlei kwalen ontwikkelt of minder ‘happy’ oogt. Ook faciliteiten, bepaalde begeleiding, kosten of de sfeer met stalgenoten onderling kunnen je triggeren om van stal te verhuizen. Ook je eigen verhuizing, waardoor je paard niet meer dichtbij staat, kan een reden zijn om een nieuw plekje in de buurt te zoeken.
Krijgt een paard stress van verhuizen?
Hoewel niet elk paard het laat merken, is verhuizen voor je paard een gebeurtenis die stress oplevert. Nu heeft het ene paard daar minder last van dan het andere, maar het paard moet (waarschijnlijk) op transport en zich aanpassen aan zijn nieuwe omgeving, nieuwe gewoontes en misschien ook wel aan andere voeding. Dit zijn dus allemaal nieuwe indrukken waar het paard aan moet wennen en wat er nog weleens voor kan zorgen dat je paard (tijdelijk) afvalt of minder goed wil eten.
Paard diarree op nieuwe stal
Wanneer je paard gevoelig is voor stress en veranderingen, kan het voorkomen dat je paard diarree krijgt als hij in een andere omgeving is. Maar ook plotselinge veranderingen in het voer kunnen de darmflora uit evenwicht brengen, waardoor je paard te dunne en waterige mest ontwikkelt. Het supplement Pavo GutHealth is speciaal ontwikkeld voor paarden met een gevoelige spijsvertering of ter ondersteuning bij een (plotselinge) rantsoenverandering of stress, waar je met een verhuizing vaak mee te maken hebt. Pavo GutHealth ondersteunt een stabiele darmfunctie door de bacteriepopulatie in de darmen weer in balans te brengen. De 100% natuurlijke ingrediënten zorgen ervoor dat alle goede bacteriën in de dikke- en dunne darm maximaal worden ondersteund en de slechte bacteriën geen kans meer krijgen. Bij een paard met diarree moet je zeker alert zijn dat dit niet te lang aanhoudt, omdat je anders kans hebt op uitdroging. Bel bij twijfel altijd de dierenarts.
Voorbereiden op de verhuizing
Het inladen en het transport naar je nieuwe stal kan voor sommige paarden al enorm veel stress veroorzaken, dus is het belangrijk om je sowieso goed voor te bereiden op de verhuizing. Zorg dat je paard makkelijk de trailer oploopt en geen stress krijgt van het vervoeren. Wanneer de rit wat langer duurt, is het fijn voor je paard om een hooinet in de trailer te hebben, zodat hij wat te knabbelen heeft. Wees vooral ook zelf ontspannen, zodat het paard jouw stress niet overneemt. Daarnaast kan het handig zijn om je paard voor de verhuizing door een dierenarts te laten checken op een optimale gezondheid.
Tips bij het verhuizen van je paard
Om de verhuizing zelf zo soepel mogelijk te laten verlopen, kan je gebruik maken van de volgende tips:
Geleidelijk laten wennen aan nieuwe ruwvoer én krachtvoer: het is belangrijk dat je paard geleidelijk went aan het andere voer. Dat geldt voor het krachtvoer, maar zeker ook voor het ruwvoer. Als het kan, neem dan wat hooi en krachtvoer mee van je oude stal en meng dit de eerste week door het nieuwe voer om een plotselinge voerverandering te voorkomen.
Lege planning: omdat de verhuizing al veel energie kost, is het verstandig om de week na de verhuizing je paard rustig te laten wennen en niet te veel zware trainingen in te plannen, een wormenkuur te geven of iets anders wat een aanslag op zijn immuunsysteem is.
Rustig laten wennen aan het management: staat je paard op zijn nieuwe stal ineens veel langer buiten, dan is het wederom verstandig om dit geleidelijk door te voeren en is het in het begin wijs om hem iets eerder binnen te halen en dit rustig uit te bouwen.
Introduceren bij nieuwe paarden: komt je paard in een kudde te staan, dan is het verstandig om hem niet meteen ‘in het diepe’ te gooien. Zet hem bijvoorbeeld eerst naast de andere paarden, zodat hij kennis kan maken of zet hem apart met één van de paarden om eerst een vriendje te hebben voordat je hem in de groep introduceert.
Kruiden tegen de stress: als je paard na de verhuizing onrustig is, kan je hem ondersteunen met kruiden, zoals kamille, valeriaan, sint-janskruid, hop en rode klaver.
Supplementen om de afweer te ondersteunen: om het afweersysteem en de darmgezondheid van je paard extra te ondersteunen, kan je rondom de verhuizing een kuur van het supplement Pavo HealthBoost geven. Dit is een krachtige gezondheidsboost voor paarden met o.a. vitaminen, prebiotica en natuurlijke antioxidanten. Begin ongeveer 1 week voor de verhuizing en voer door tot 2-3 weken na de verhuizing. Voeradvies: 250 gram per dag voor een paard, pony 125 gram per dag.
Voeding en fokkerij
5 tips: wat te doen bij een moederloos veulen
Het is de nachtmerrie van iedere fokker; een moederloos veulen. Een moederloos veulen kan het gevolg zijn van een gestorven merrie, maar ook als een veulen wordt verstoten of de merrie geen of onvoldoende biest/ melk geeft, moet je handelen alsof het een moederloos veulen is.
Tips moederloos veulen
Het is van levensbelang dat een veulen zo snel mogelijk na de geboorte (het liefst binnen 2 uur, en uiterlijk binnen 24-36 uur) de eerste biest binnenkrijgt. Wees daarom goed voorbereid en zorg dat je snel handelt volgens onderstaande tips!
1. Melk de merrie
Wanneer de merrie overlijd, kan ze in veel gevallen nog gemolken worden. Biest van de moeder is het best voor het veulen. Zorg daarom dat je zo veel mogelijk biest afneemt.
2. Bel de dierenarts
De dierenarts heeft vaak meerdere soortgelijke gevallen meegemaakt en heeft daardoor de nodige praktijkervaring. Hij onderzoekt het veulen grondig en controleert het bloed om te checken of het veulen voldoende antistoffen binnen heeft gekregen. Als het nodig is, behandelt de dierenarts het veulen direct.
3. Aanvullende biest
De biest van de overleden merrie is meestal lang niet voldoende. Er zijn meerdere opties, zo kun je voor noodgevallen biest bij de geboorte van een gezond veulen invriezen. Andere merries die pasgeboren veulens hebben, kunnen vaak wel wat biest missen. Zorg dat je een Pavo SOS-Kit in huis hebt. Dit pakket bevat Pavo Colostrum (kunstbiest), Pavo FoalMilk (veulenmelk) en een fles met bijbehorende speen. Pavo Colostrum voorziet het pasgeboren veulen van levensbeschermende antistoffen tegen infecties.
4. Zoek een pleegmoeder
Er zijn verschillende manieren om een pleegmoeder te vinden. Dit kan in België o.a. via Dierenartsenpraktijk Katona of Databank moederloze veulens & pleegmoeders van Paardenpunt Vlaanderen. In deze databank kun je naar beschikbare merries zoeken.
Voor Nederland kun je kijken op Veulenzoektmerrie.nl. Hier kun je een oproep plaatsen als je een moederloos veulen hebt. Ook staan er oproepen van beschikbare pleegmerries op de website. Via het kopje ‘actuele oproepen’ kun je contact opnemen met de eigenaren van de pleegmerrie.
In Nederland kan ook Merel Dierks van dierenkliniek Dennenoord je helpen. De merries die zij beschikbaar stelt zijn via een behandeling gestimuleerd om melk te geven. Dit zijn dus geen paarden die een veulen verloren hebben.
En gebruik Facebook! Plaats een oproep met je verhaal en vraag je (paarden)vrienden om dit te delen. Grote kans dat er goede reacties uit voortkomen. Via de Facebookpagina’s Moederloze veulens of merries die een veulen zoeken en Moederloze veulens en veulenloze moeders kun je ook een oproep plaatsen. Vraag de dierenarts om je te begeleiden bij het proces van kennismaking met de pleegmoeder!
5. Zorg voor opvoeding
De moeder is de beste opvoeder, een pleegmoeder het beste alternatief. Lukt het nu niet om een pleegmoeder te vinden, of accepteert ze het veulen niet, dan kan het veulen met de fles grootgebracht worden. Er is een kans dat flessenveulens later afwijkend of vervelend gedrag vertonen. Als het kan, laat het veulen dan in een groep opgroeien om dit te voorkomen.
Meer informatie over het fokken van veulens? Kijk dan eens op de website van het KWPN!
Wil je meer achtergrondinformatie, tips en adviezen rondom moederloze veulens lezen? Download dan hier gratis de Handleiding voor Moederloze Veulens.
Voeding en gezondheid
Zomereczeem: vliegendekens en andere wondermiddelen
Zomereczeem is een erg vervelende aandoening. Je paard wordt gek van de jeuk en daarnaast droomt iedereen toch van een dik pak manen? Gelukkig zijn er tal van manieren om een paard met zomereczeem te helpen, bijvoorbeeld met een vliegendeken, eczeemdeken of medicijnen.
Het ontstaan van zomereczeem bij het paard
Zomereczeem is een allergie die zomaar kan ontstaan. Bij oudere paarden, die er voorheen nooit last van hadden, kan de allergie zich alsnog ontwikkelen. De oorzaak van zomereczeem wordt gezocht in een combinatie van erfelijke aanleg, verminderde afweer en de toename van het aantal mugjes door veranderde ecologische omstandigheden (zoals het verdwijnen van vogelsoorten die de mugjes opeten).
Hoewel voeding zeker ook van invloed is, mag je niet uit het oog verliezen dat zomereczeemklachten enkel en alleen worden veroorzaakt door een allergische reactie op het speeksel van bepaalde steekmugjes (Colloïdes). Een paard dat overgevoelig is voor het speeksel van deze culicoïdesmugjes krijgt jeuk, vooral bij de manen en aan de staartwortel. Hij gaat schuren en de kwaal wordt van kwaad tot erger: de haren verdwijnen en er kunnen wondjes ontstaan. En dat betekent dat je er alles aan moet doen om te voorkomen dat deze mugjes je paard kunnen steken, bijvoorbeeld door het gebruiken van een vliegendeken of eczeemdeken.
Eczeemdeken of vliegendeken: noodzakelijke maatregelen
Met alleen de inwendige aanpak red je het vaak niet om zomereczeem volledig de baas te worden. De allerbeste remedie tegen de aandoening is dan ook om alle contact met de boosdoeners te vermijden. Zomerse windstille dagen, in combinatie met natte weides of weides langs de bosrand zijn het ergst. Laat op dit soort dagen en locaties je paard indien mogelijk overdag op stal en ’s nachts in de wei. Vermijd in ieder geval de schemering.
Hoewel het niet zo charmant staat, is een eczeemdeken die het hele lichaam bedekt zeer effectief. Deze werken vaak beter dan een gewone vliegendeken. Behandel de manen, staart en deken met insectenwerende spray of gel. Bij paarden die zeer allergisch zijn werken bovenstaande maatregelen nog niet genoeg. In dat geval is er nog een derde stap, namelijk medicijnen.
Medicijnen tegen zomereczeem
Er bestaan ook medicijnen tegen zomereczeem, bijvoorbeeld Corticoide via injectie of het voer. Dit is echter wel een echt ʼpaardenmiddel‘ met de nodige bijwerkingen, zoals een verhoogd risico op hoefbevangenheid. De keuze zal dus afhangen van de ernst van de symptomen en of je dit soort middelen wel wilt gebruiken.
Zomereczeem en voeding
Via voeding kan je ook invloed uitoefenen op de mate van de jeuk. Zorg voor een zo sober mogelijk dieet met minimale eiwitten. Eiwitten zijn namelijk de bouwstenen die de allergische reactie in stand houden. Een sportpaard met hoog energieverbruik zal wat meer kunnen hebben, maar hou dit goed in de gaten. Kies dan voor voer met wat meer vetten als energiebron bijvoorbeeld een omega olie. Er zijn drie soorten omega vetzuren met elk een andere werking; omega 3, 6 en 9. Omega 3 is werkzaam als antioxidant, werkt ontstekingsremmend en verhoogt de weerstand en algehele gezondheid van je paard. Een paard met een ontsteking zoals zomereczeem kan een omega 3 aanvulling dan ook zeker goed gebruiken.
Ook kan hooi voeren in plaats van voordroog verschil maken. Bij ernstige eczemers kan het verstandig zijn om ze niet meer op gras te houden, maar in een zandpaddock/zandweide met hooi.
Voeradvies bij lage energiebehoefte
Als je paard geen krachtvoer nodig heeft, zijn Pavo Vital (brokjes) of Pavo DailyFit (koeken) een goed alternatief om toch voldoende vitaminen en mineralen aan je paard te geven. Dit zijn allebei gezonde balancers waar je maar heel weinig van hoeft te voeren in vergelijking met ‘gewoon’ krachtvoer. Pavo Care4Life is een geconcentreerde kruidenmix met een laag energie- en eiwitgehalte en zeer lage suiker- en zetmeelgehaltes doordat het graanvrij is. Wat het wel bevat zijn 11 verschillende kruiden, vitaminen en mineralen voor een uitstekende ondersteuning van de gezondheid van je paard. Daarnaast kun je het voer verrijken met een olie zoals Pavo Ahiflower®Oil. Deze olie is gemaakt van 100% ahiflower en het grote verschil met vergelijkbare oliën is dat Ahiflower van nature veruit het hoogste aandeel omega 3 bevat.
Voeradvies bij hogere energiebehoefte
Wanneer je een sportpaard hebt met zomereczeem, probeer ook dan producten uit te kiezen met een zo laag mogelijk eiwitgehalte en alternatieve energiebronnen, zoals oliën en vetten. Verrijk de krachtvoermaaltijd van je paard met een scheutje Pavo Ahiflower®Oil, deze olie bevat niet alleen de ontstekingsremmende omega 3-vetzuren, maar ook het unieke ontstekingsremmende omega 6-vetzuur GLA (gammalinoleenzuur).
Pavo SpeediBeet is ontsuikerde bietenpulp en een hele goede ruwvoeraanvulling voor paarden. Het is niet alleen gezond voor de darmen, maar bevat ook veel energie uit vezels. Zorg er bij sportpaarden voor dat je eiwit voert naar behoefte, maar niet veel meer. Pavo Ease&Excel is een krachtvoer waarbij je paard de energie vooral uit oliën en vetten haalt; ideaal voor paarden die gevoelig zijn voor zomereczeem!
Blijf zoeken naar de beste maatregelen bij zomereczeem
De maatregelen die moeten voorkomen dat de mugjes bij je paard komen, maken altijd het grootste verschil, zoals een eczeemdeken of vliegendeken. Daarom is het belangrijk om daar veel aandacht aan te besteden en altijd te blijven zoeken naar creatieve oplossingen, om de zomereczeem toch een beetje de baas te worden.